588
15 APRIL 1947
Wethouder STRUYCKEN verklaart, dat, wat de cultureele zorg be
treft, Burgemeester en Wethouders hopen, binnen niet al te langen tijd
den Raad plannen voor te leggen, die met de stichting „Cultureele
Werkgemeenschap" overeengekomen zijn.
Zonder verdere opmerkingen word daarop conform de voor
stellen van Burgemeester en Wethouders besloten.
22. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van de
regeling voor de subsidieering van het O.L. Vrouwe Lyceum te Breda.
(Bijlagen 1947, no. 81.)
De heer DE RUITER vraagt, of nu de gemeente-financiën er gun
stiger voorstaan dan aanvankelijk werd vermoed de bijdrage voor
de bibliotheek niet te laag is.
Wethouder STRUYCKEN is eerder geneigd de bijdrage in de admi
nistratiekosten wat laag te vinden dan die voor de bibliotheek. Spreker
acht het beter de zaak eerst eens aan te zien; men kan die bijdrage dan
altijd nog verhoogen. Het Lyceumbestuur is met de voorgestelde bedra
gen tevreden.
De VOORZITTER zegt, dat men moet bedenken, dat men de ver
kregen armslag hard noodig heeft voor cultureele en sociale belangen.
Men moet daarom voorzichtig zijn bij andere uitgaven.
Daarop wordt conform het voorstel van Burgemeester en Wet
houders besloten.
23. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een verzoek
van de Vereeniging voor Chr. Gezondheids- en Vacantiekolonies om
toekenning van een subsidie voor kinder-uitzending in 1947. (Bijlagen
1947, no. 97.)
De heer HEER is het er niet mede eens, dat de uitzending van de
kinderen afhankelijk wordt gesteld van den uitslag van de door den
G.G.D. verrichte keuring. Spreker acht het wel gewenscht, dat in dezen
gecontroleerd wordt, maar er kunnen ook andere redenen voor uit
zending zijn dan gezondheidsredenen, b.v. het sociale milieu. Dit kan
de G.G.D. niet beoordeelen. Spreker wil ook in dit opzicht een op
lossing trachten te vinden.
Wethouder ROMSOM is het met den heer Heer eens, dat de uitzen
ding niet alleen op medische redenen, doch ook op het sociale milieu
kan zijn gebaseerd. De zaak zou eens door Burgemeester en Wethou
ders onder oogen kunnen worden gezien.
De VOORZITTER zegt, dat de vereenigingen niet geheel baas kunnen
zijn in eigen huis. De Geneeskundige Dienst heeft zeggenschap in de
uitzending, maar in overleg met het Huisvestingscomité. Spreker ge
looft niet, dat er moeilijkheden uit zullen ontstaan.
De heer HEER kan zich na de toelichting van den Voorzitter wel bij
het voorstel neerleggen.
De heer BRINKERHOF merkt op, dat het prae-advies dan niet heele-