508
17 JANUARI 1947
blijkt, dat de scheepvaart zich goeddeels heeft hersteld al is het
vooroorlogsche peil nog niet bereikt.
De exploitatie van het Woningbedrijf verloopt bevredigend. Het
onderhoud der woningen is door gebrek aan materiaal zeer moeilijk
en vertoont achterstand.
Over den afstand van de gronden, noodig voor de normalisatie
van de Aa of Weerijs, werd in den loop van 1946 met de eigenaren
overeenstemming bereikt.
Door de Gemeente werden verkocht 5095 m2 bouwterrein; op
1000 m2 industrieterrein werd kooprecht verleend.
De gasproductie bedroeg in 1946 8.276.150 m3, d.i. 2.242.140 m3 of
27,14"/» meer dan in 1945. Het aantal geplaatste gewone gasmeters
vermeerderde met 106 stuks; het aantal geplaatste muntmeters nam
met 28 af.
In 1946 werd 2.277.670 m3. water naar de stad gepompt. Dit is
15.960 m3 of 0,7°/o minder dan in 1945. Het aantal waterverbruikers
nam met1 86 toe en bedroeg; op 31 December j.l. 13.914.
Van de P.N.E.M. werd in 1946 5.611.606 kWh. of 72,7"/» meer ge
kocht dan in 1945. Het totaal aantal verbruikers Nieuw Ginneken
en Beek inbegrepen nam met 167 toe en bedroeg op 31 December
1946 18.565.
Met ingang van 18 Maart 1946 is in de geheele gemeente weer
overgegaan tot het tweemaal per week ophalen van het huisvuil. Een
groote moeilijkheid vormt nog altijd het gebrek aan uniforme huis
vuilemmers. In de in 1942 geannexeerde gebieden zullen dan ook
voorloopig geen uniforme vuilnisemmers geplaatst kunnen worden.
Het wagenpark van den Reinigings- en Ontsmettingsdienst kon dit
jaar in belangrijke mate worden aangevuld. Vernieuwing van het
oude materieel blijft echter nog dringend noodzakelijk.
In 1946 zijn circa 600 m3. straatmestbons verkocht. De belangstel
ling voor straatmest begint af te nemen, alleen het veegvuil wordt
dan ook nog maar afgeleverd; de vervaardiging van straatmest uil
huisvuil is stopgezet.
Het Burgem. van Sonsbeeckpark en het park „De Trekpot" zijn
thanj geheel in den ouden toestand hersteld. Het Brabantpark en het
Valkenberg zullen in 1947 gerestaureerd worden. Met de beplan
ting van singels, straten en pleinen zal de grootste spoed worden be
tracht.
De organisatie van de Brandweer onderging in 1946 in zooverre
wijziging, dat de afdeeling der Vrijwilligers haar vóóroorlogsche
plaats in het brandweer-apparaat voor een deel herkreeg door haar
in te schakelen bij brand-alarm en schouwwachten. Bij dezen stand
van zaken werd niet overgegaan tot uitbreiding van het personeel
van de beroepskern, zelfs niet tot aanvulling van een opengevallen
plaats, terwijl intusschen reeds werd besloten tot inkrimping, om
vattende drie personen, in de naaste toekomst. De brandweergarage
werd in 1946 beter geoutilleerd. Aan de preventieve taak der Brand
weer werd in het afgeloopen jaar meer aandacht gewijd; het ligt in
het voornemen hieraan in de naaste toekomst met betrekking tot
de plaatselijke industrieën en garages nog meer uitbreiding te geven.
Het aantal uitslaande branden bedroeg in 1946 11. Er waren 47 bin
nenbranden en 7 boerderijbranden. Hulp aan rayongemeenten werd
tweemaal verleend.
Wat den algemeenen gezondheidstoestand betreft, moet helaas wor
den opgemerkt, dat dyphterie nog veel voorkwam, zoodat de pre-