162 16 JUNI 1948 12. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoeming van een onderwijzeres aan de openbare school aan de Middellaan (bijlagen 1948, no. 164). De heer LABAN zegt dat hem bij het bestuderen der stukken is opgevallen dat bij de sollicitatiestukken van een der candidaten een advies is gevoegd van het Hoofd der School dat geheel in strijd is met de geest en de bedoeling van het Openbaar Onderwijs. Het bedoelde hoofd beveelt n.l. een R.K. candidate zeer bijzonder aan, omdat zij zeer geschikt is voor het opleiden van kinderen voor de Eerste H. Communie, terwijl hij een proefles niet nodig acht. Dit moet toch wel aan de aandacht van het College zijn ontsnapt. Spreker kan dan ook zonder bezwaar voorstellen, bedoelde candi date alsnog ten overstaan van het voltallig college een proefles te laten geven. De heer VAN OYEN kan zich geheel verenigen met hetgeen door vorige spreker is gezegd. Bovendien zou hij nog het volgende willen opmerken. Op de voordracht staan vermeld 3 onderwijze ressen, respectievelijk oud 24 jaar, 36 jaar en 41 jaar. Dit is nogal een aanmerkelijk verschil in leeftijd. Spreker zou nog willen op merken, dat de derde candidate zowel uiterlijk als innerlijk zeer beschaafd is. Tenslotte wil spreker nog zeggen, dat ook hij het niet op zijn plaats vindt, dat geen proefles is gegeven door de on derwijzeres, waarop de heer Laban doelde. De heer LAUREY heeft het ook zeer bevreemdt dat een hoofd van een Openbare School een dergelijk advies uitbrengt. Voor een R.K. school zou dit advies voor 100"/'o juist zijn geweest. Daar komt nog bij, dat de kinderen zelfs op Katholieke scholen dat onderwijs niet ontvangen van leken onderwijzeressen, doch van de heren Geestelijken en Zusters. Het hoofd der school blijkt geen begrip ie hebben van het karakter van zijn functie. Daar bedoelde sollici tante niet de minste is zou spreker nog gaarne zien, dat een proef les werd gegeven. Wethouder STRUYCKEN kan zich met het gesprokene vereni gen. Bedoeld advies is inderdaad onjuist. Ook al omdat er nogal pech is geweest bij het oproepen van de sollicitanten heeft spreker blijkbaar dit advies over het hoofd gezien. De heer JONGBLED merkt op dat men dan toch op het stad huis de aandacht er op had moeten vestigen. Wethouder STRUYCKEN vindt dat ook. De VOORZITTER zegt het voorstel terug te zullen nemen. 13. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verle nen van eervol ontslag aan de heer J. Lempersz, als leraar aan het stedelijk Gymnasium (bijlagen 1948, no. 165). 14. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het aangaan van een rekening-courant overeenkomst met de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten (bijlagen 1948, 159).

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 162