1 4 September 1948
233
53. Voorstel tot wijziging van de begroting van het gemeente
lijk grondbedrijf voor het dienstjaar 1948.
Deze voorstellen worden zonder bespreking aangenomen.
De heer BREKELMANS zegt het volgende:
Mijnheer de Voorzitter,
In de vergadering van 31-3-'48 is door U gesproken over de
aankoop van 10 H.A. grond achter de „Trip van Zoutland Kazer
ne", welke grond zou worden aangeboden aan de Minister van
Oorlog, gelijktijdig met de 1,8 H.A. welke in het Valkenberg is
gelegen.
1. Kunnen Burgemeester en Wethouders de Raad inlichten of
deze gronden zijn aangekocht?
2. Gezien de ijver en het vuur, waarmede U, Mijnheer de Voor
zitter, hebt gewerkt voor het behoud van het Valkenberg, welk
vuur nog onlangs in Uw woordenrijke en gloedvolle rede tot uit
drukking kwam bij de Jubileumfeesten, wilde ik U vragen of
Burgemeester en Wethouders mededelingen kunnen doen wat hun
plannen zijn in verband met het bericht, dat onlangs in de Dag
bladpers is verschenen n.l., dat de nieuwe Minister van Oorlog
de kwestie Valkenberg opnieuw en nader in studie zou nemen.
3. Mijnheer de Voorzitter, mag ik U voorstellen uit de Raad
een Commissie van Drie te benoemen om met U namens de Bre
dase Inwoners een bezoek te brengen bij de nieuwe Minister van
Oorlog om U in Uw ijver te steunen en hen, die reeds namens de
Bredase Bevolking bij de Minister zijn geweest, te verzekeren, dat
de Voorzitter en de Bredase Raad eveneens alles zullen doen om
voor Breda zijn schoonste park te behouden.
De VOORZITTER zegt, dat de door de heer Brekelmans be
doelde gronden zijn aangekocht. De tweede vraag zou spreker
liever in besloten vergadering willen behandelen. Dit wil evenwel
niet zeggen, dat het publiek niet mag weten, hoe de zaken zich
ontwikkeld hebben, doch ze verkeren in een bepaald stadium van
onderhandelen. Het zou niet in het belang van de gemeente zijn,
indien dit stadium met een openbaar debat zou doorkruisd wor
den.
RONDVRAAG.
De heer KAMPHUIJS zegt, dat, nu de feesten achter de rug
zijn, een woord van dank gebracht dient te worden aan allen,
die de feesten hebben doen slagen. Spreker brengt speciaal een
woord van dank aan de Voorzitter, vooral voor de markante rede,
die hij op de gala-avond in Concordia uitgesproken heeft.
Graag had spreker gezien, dat de gehele bevolking deze rede
had kunnen beluisteren. Hij gelooft te mogen zeggen dat de Bur
gemeester de harten van de Bredase bevolking gestolen heeft.
De Burgemeester heeft getoond een ware Burgervader te zijn
voor de gemeente Breda.
De VOORZITTER dankt de heer Kamphuys voor zijn vriende
lijke woorden en herinnert er aan, dat door zo'n feest de mensen
dichter bij elkaar gebracht worden, terwijl het hem de gelegen
heid bood om in de gemeente wortel te schieten. Spreker wil dan
ook zijn dank overbrengen aan alle burgers van Breda voor de
waardige wijze waarop zij dit feest gevierd hebben. Hij zegt