22 NOVEMBER 1948 275 het een strook grond van betekenis is, de gemeente niet betaalt, maar probeert om belanghebbenden te doen betalen. De heer MEYERS zegt, dat hem de mening van de heer van Oosterhout het beste lijkt. De heer BREKELMANS vraagt, hoe groot de gemiddelde opper vlakte der gronden is. De VOORZITTER antwoordt, dat het kleine stukjes grond zijn. De heer BREKELMANS vraagt, hoeveel dan de minimum op pervlakte bedraagt. De VOORZITTER antwoordt, dat dit punt voor punt bekeken wordt. Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het voorstel besloten. 30. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verkoop van een gedeelte van het perceel sectie E. no. 3330 aan de Heer N. J. van Niekerk c.s. (Bijlagen 1948, no. 269). Dienovereenkomstig wordt besloten. 31. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot verkoop van grond aan de Graaf Engelbertlaan en Cimburgalaan aan het Bouwbedrijf „De Baronie". (Bijlagen 1948, no. 270). De heer JONGBLOED zegt, dat de bescheiden hem niet duide lijk zijn, doch is van mening, dat op de grond, die in het voorstel van Burgemeester en Wethouders genoemd wordt, reeds huizen staan, die onder de kap zijn. De VOORZITTER beaamt dit. De heer JONGBLOED heeft in dit geval ernstige bezwaren te gen het voorstel van Burgemeester en Wethouders. Spreker vraagt waarom het College niet tijdig met een voorstel komt. Hij is vari mening, dat het College te ver gaat, daar de huizen reeds onder de kap staan. Spreker is niet van plan met het voorstel accoord te gaan, indien door Burgemeester en Wethouders geen deugde lijke verklaring gegeven kan worden. Spreker vraagt vervolgens of de gebouwde huizen ook uit schoon heidsoogpunt bekeken zijn, daar ze z.i. niet in overeenstemming zijn met hun omgeving. De heer MEYS, meent, dat in dit geval sprake is van een for mele kwestie, omdat het niet anders kon. De VOORZITTER antwoordt, dat het vervullen van alle for maliteiten, die uit de financieringsregeling voortvloeien veel tijd eist, en dat de Raad niet moet veronderstellen, dat het College zijn rechten niet erkend. In verband met de schoonheid der huizen deelt spreker mede,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 275