304 1 DECEMBER 1948 Tot dekking van deze bedragen sloot uwe Raad vorige maand een lening van f 9.950.000.terwijl daarnaast nog uit een rijks voorschot (oude basis dus) f 150.000.werd verkregen. Totaal is dus gedekt, f 10.100.000.zodat nog te dekken is een bedrag van f 1.154.000.waarvoor reeds verschillende pogingen werden aangewend om dit bedrag geleend te krijgen. Dit is noodzakelijk geworden, daar zoals U bekend is, het Rijk de financiering woningbouw aan de gemeenten heeft overgedragen. Dat juist de financiering woningbouw ons grote zorg baart, zal U duidelijk zijn, vooral nu de kapitaalmarkt minder ruim wordt. Gaf ik U vorig jaar een overzicht van de leningsschuld in totaal en per hoofd van de bevolking thans is de stand als volgt: 1-1-1940 ruim f 10.500.000.per inwoner f 209. 1-1-1948 ruim f 12.500.000.per inwoner f 145.en 31-12-1948 ruim f 25.000.000.per inwoner f 287. Hierbij laat ik buiten beschouwing f 3.500.000.ontvangen aan rijksvoorschotten voor de woningbouw van vóór 1940. Ik heb gemeend, zij het dan ook beknopt, een overzicht te moe ten geven van de financiële positie, die, zoals ik reeds opmerkte, reden geeft uiterst waakzaam te blijven. Slechts door goede samen werking zal het mogelijk zijn de voor ons liggende moeilijkheden te overwinnen. Daar de industrie grote bedragen nodig heeft, is de geldmarkt slecht te noemen. Bij een bijeenkomst der leden van het Instituut voor Bestuurs wetenschappen te Tilburg heeft Prof. Smeets een rede uitgespro ken, waarin hij zei, dat het zelfs nu reeds noodzakelijk is een fonds te vormen om in tijden van depressie aan de ontstane situatie het hoofd te kunnen bieden. Deze situatie zal dan bestreden kunnen worden door het voeren van een conjunctuur-politiek. In zo'n tijd kunnen dan openbare werken ten uitvoer gebracht worden, waardoor de werkloosheid bestreden wordt. Daar regeren vooruit zien betekent, dient rekening gehouden te worden met alle facto ren, die zich in de toekomst kunnen voordoen. Wethouder STRUYCKEN zegt, de impasse, waarin het openbaar onderwijs terecht is gekomen, nader uiteen te willen zetten, of schoon de heer Jongbloed het College deze toestand niet aanrekent. De impasse is ontstaan door de teruggang van het openbaar on derwijs. Men kon de teruggang zelfs zien aan de school in de Kei zerstraat, ofschoon deze op een uitstekend niveau stond. Na de oorlog is de enige goede school in beslag genomen, zodat deze in oude schoolgebouwen onderdak gebracht moest worden. Volgens spreker is de teruggang niet alleen te wijten aan de localiteiten. De openbare school aan de Middellaan krimpt in, ter wijl de bijzondere school aan de Middellaan uitdijt. Toch is spre ker er van overtuigd, dat het personeel van het openbaar onder wijs zich geheel aan zijn taak geeft. Niettegenstaande deze terug gang zijn er toch mogelijkheden om uit deze impasse te geraken. Op de eerste plaats ziet spreker een mogelijkheid in het Kleuter onderwijs. Daar dit een experiment zal worden, dient gelet te wor den op een gunstige ligging der school, zodat een dergelijke school bij een openbare lagere school gelegen zal moeten zijn. De enige gelegenheid, waarvan iets goeds te maken is als Kleu terschool (goede localiteit met speelruimte en nabijheid Valken berg), is de school aan de Boschstraat. Deze straat is echter een

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 304