308 1 DECEMBER 1948 Derhalve verzoekt spreker de grootste oplettendheid te betrach ten om zoveel mogelijk materialen in bezit te krijgen. De VOORZITTER zegt in tweede instantie zeer sober te kun nen zijn. De materiaalvoorziening in de buitengemeenten is hem onbe kend. Wat de gemeente Breda echter dit jaar aan bouwvolume heeft ontvangen, is zeer gering te noemen. Spreker is van oordeel, dat in de Raad over de wijkgedachte in grote lijnen overeenstem ming heerst. Prof. Bijhouwer heeft over deze gedachte een belang rijke rede gepubliceerd. De gebondenheid van de mens met zijn omgeving, dient weer hersteld te worden, omdat de samenbinden de kracht verloren gaat, naarmate een gemeente groeit. De wijk gedachte is derhalve naar voren gebracht om te redden wat nog tc redden is. Spreker is van mening, dat alle volksgroepen in een wijk tesamen gebracht moeten worden, waardoor een bundelen van de volksaard verkregen wordt. Hij is overeenkomstig de mening van de heren Jongbloed en de Ruiter van oordeel, dat bij het verdelen van woon ruimte uitgegaan moet worden van algemene beginselen. Het bouwen door particulieren gaat sneller, omdat de particulier slechts één woning bouwt, waarvoor deze zijn gehele persoonlijk heid kan inzetten, terwijl de gemeente zoveel woningen dringend nodig heeft. Daar het gemeentelijk kunnen beperkt is, kan de ge meente de particuliere bouwers niet missen. Komt men dan ook met bouwplannen, dan vindt men bij het College steeds steun. Spreker zegt, dat het hem opgevallen is, dat in de vergaderingen van de Raad de politiek weinig op de voorgrond treedt. Hij zal gaarne zien, dat deze lijn doorgetrokken wordt, aangezien dit voor de waardigheid van de Raad van groot belang is. Hierna worden de algemene beschouwingen gesloten. De VOORZITTER schorst de vergadering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 308