1 DECEMBER 1948 311 Burgemeester en Wethouders gezien het antwoord op het Centraal rapport, de bestaande gezinsreductie van gas, electriciteit en water te vergroten. Misschien zijn er nog meer ogenschijnlijke kleinigheden, die de grote zorg van de gezinnen van de ambtenaren en werklieden met enkele niet verdienende kinderen wat kunnen verlichten. Mijnheer de Voorzitter, als het enigszins mogelijk is, grijp ze aan, U doet er weldaad mee aan bovenaangehaalde bevolkingsgroe pen, die een groot gedeelte van de bevolking uitmaken en die ook goede en trouwe burgers zijn van onze mooie stad. Ik dank U. De heer SPRANGERS deelt mede, dat de geïnde boeten, ver antwoord worden op post „onvoorziene ontvangsten". De heer VAN SWOL zegt de aandacht te willen vestigen op de lonen van het gemeentepersoneel, speciaal op de lonen der werk lieden. Hij is van mening, dat deze lager zijn dan de niet-zwarte- lonen in het vrije bedrijf. De in Nederland heersende arbeidsrust is toe te juichen. Deze rust zal evenwel moeilijk te bewaren zijn, indien de gezin nen, waarop het gezag schraagt, in beroering komen. Bij het gemeentepersoneel is dit het geval. Het is voor een amb tenaar ondoenlijk zijn stand op te houden, of zich behoorlijk te kleden. Het is een taak van de Regering dit te begrijpen. De sala rissen kunnen ook niet zijn goedkeuring wegdragen. Spreker heeft hier vooral op het oog, het salaris van de meteropnemers, le klasse dat f 2880.per jaar of f 55.per week bedraagt. Dit salaris vindt spreker niet gelijkwaardig aan dat van een vakman met di ploma's. Het salaris van een leerling-monteur kan in enkele jaren boven dat van een monteur komen. Spreker vraagt alle mogelijk heden aan te grijpen om rechtvaardige lonen te geven. De heer DE RUITER wil op de boetekwestie van de heer Brin kerhof terugkomen. Hij heeft hier op het oog afsnijding van elec triciteit bij samenwoning. Bij afsnijding wordt de medebewoner aanvankelijk ook de dupe, waardoor conflicten ontstaan. De direc teur der lichtbedrijven deelde mede, dat zulks op voorschrift berust. Spreker is van oordeel, dat deze handelwijze onjuist is en dat een andere weg bewandeld dient te worden. Hij heeft met genoegen naar de heren van de Noort en van Swol geluisterd. Had spreker deze kwestie naar voren gebracht, dan zouden het wellicht communistische ideeën geweest zijn. De heer MEYERS is van oordeel, dat het afsnijden van electri citeit bij samenwoning opgelost wordt door het plaatsen van tus- senmeters, doch deze meters zijn niet te verkrijgen, wat moeilijk heden schept. De heer VAN GIDS zegt, dat in het antwoord van Burgemees ter en Wethouders op het Centraal Rapport bij het onderhoud en de vernieuwing van straatverlichting geen rekening gehouden is met de Rijkswegen. Het betrokken stadsgedeelte is er niet mede gebaat, dat de over eenstemming met het Rijk nog jaren op zich kan doen wachten. De post „onderhoud en vernieuwing van straatverlichting" is ge raamd op f 30.000.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1948 | | pagina 311