330
2 DECEMBER 1948
Hij licht toe, dat er twee soorten handenarbeid bestaan. In de
eerste plaats de handenarbeid als leervak en in de tweede plaats
als aangename bezigheid. Uiteraard is het de bedoeling het eerste
in de school te brengen. Mogelijk dat er gelegenheid voor gevon
den kan worden in het leerplan. Maar desnoods er buiten, door het
bijv. na de gewone schooltijden te onderwijzen.
De heer SCHIJEN heeft volstrekt niet de bedoeling door invoe
ring van het vak handenarbeid het leerplan in de war te sturen of
de hoofdvakken te gaan beknotten. Voor de eerste zes klassen
ziet hij de bezwaren zeer wel, maar voor de 7e en 8e klas moet
er toch een mogelijkheid zijn.
Wethouder STRUYCKEN spreekt er zijn voldoening over uit, dat
het onderwijs zozeer de belangstelling van de Raad heeft.
Bij de bestudering van de handenarbeidkwestie is Spr. direct
gestuit op het bezwaar van de benodigde lokaliteit. In Amster
dam en Rotterdam heeft men daarvoor in sommige scholen spe
ciale ruime zalen met losse meubelen, zodat de ruimte gemakke
lijk geheel is vrij te maken. In Breda beschikt men helaas nog niet
over dergelijke lokalen. Ook naar Spr.'s oordeel laat het onder
wijsprogramma weinig tijd voor handenarbeid over. Voorts is daar
nog de moeilijkheid, dat er te weinig geschoold personeel is om
deze lessen te geven. In dit opzicht zijn reeds de eerste stappen
tot verbetering gedaan, doordat aan de Ambachtsschool reeds cur-
russen voor onderwijzers worden gegeven. Overwogen is ook reeds,
of de gewenste resultaten niet eveneens zouden kunnen worden ver
kregen door een soort van voorbereidende klasse aan de Ambachts
school te verbinden. Het is echter moeilijk hier een besluit te ne
men, zolang men de bedoelingen van de hogere onderwijsautori-
teiten niet kent. Wie in de onderwijszaken niet geheel vreemd is,
weet dat op dit ogenblik deze materie vrij heftig in beweging is.
Het lijkt daarom beter, thans nog geen beslissing te nemen, doch
een proefneming tot het volgende jaar uit te stellen.
Wat de Oudercommissies voor de openbare lagere scholen be
treft, zou Spr. gaarne zien, dat ze wat levendiger waren. Voorzo
ver dat van hem afhangt, zegt Spr. ze gaarne alle steun en mede
werking toe.
Over het invoeren van radiolessen op de scholen is nog overleg
gaande met de Rijksinspectie. Ook dit vraagstuk heeft vele kanten.
De Inspecteur van het Lager Onderwijs te Breda is niet erg en
thousiast. De scholen zijn dikwijls o.a. door overbezetting al min of
meer onrustig en gevreesd wordt, dat dit door de radiolessen er
niet beter op zou worden. Breda heeft zich nog niet aan het expi-
rement gewaagd. Wellicht is het ook hier beter nog even af te
wachten en te zien of men hier niet met een „mode" te doen heeft.
Aangaande de bouw van een gymnastieklokaal bij de Juliana-
school is Spr. niet optimistisch. Tot nu toe zijn alle aanvragen voor
gymnastiekzalen door de rijksautoriteiten geweigerd, zodat er wei
nig kans lijkt om voor deze school toestemming te verkrijgen.
De heer SCHIJEN dankt de Wethouder voor zijn nadere uiteen
zetting inzake de handenarbeid; hij verzoekt vooral de aandacht
voor dit vak in de 7e en 8e klassen, waar het toch niet de bedoe
ling is deze onder een star schema te wringen. Deze klassen moe-