2 DECEMBER 1948 344
nder zeischappen, die nog niet ver genoeg in de muziek zijn gevorderd,
jeter moeten eerst nog maar wat studeren. Deze laatste zullen zich door
•oter het aantrekken van meer leden en donateurs zelf door de moeilijke
Wie tijd moeten heenhelpen,
aasd
3 de Wethouder STRUYCKEN is het eens met de opvatting van de
no- heer Brekelmans. De Federatie van Muziekgezelschappen werkt
men °P het ogenblik een plan uit voor het seizoen 1949; zodra dit ge-
irsie reed is, zal het College van Burgemeester en Wethouders bezien,
het wat er voor de muziekverenigingen kan worden gedaan,
king
■oor- De heer VAN DEN BERG merkt naar aanleiding van post 1076
aar- (kosten van onderhoud van kinderspeelplaatsen) op, dat het blijk-
nog baar met de aanleg van speelplaatsen niet erg vlot. Vooral die bij
tand het Westeinde en het Heuvelstraat-complex acht spreker wel zeer
nodig en verzoekt daarmede wat meer spoed te betrachten.
van Wethouder STRUYCKEN deelt naar aanleiding hiervan mede,
;ste- dat dit wacht op het voorjaar. De speelwerktuigen staan voor een
hij groot deel al gereed.
De heer KAMPHUIS vraagt ook een kinderspeelplaats voor de
de omgeving Baronielaan. Tevens zou Spr. gaarne het jaarverslag
het van de Muziekschool ter inzage gelegd zien.
de
olen Wethouder STRUYCKEN deelt mede, dat het aanleggen van
kinderspeelplaatsen in eerste instantie door de Speeltuincommissie
wordt beoordeeld. Het verslag van de Muziekschool zal voor de
de raadsleden ter inzage worden gelegd. Spr. vermoedt, dat het sub-
en sidie voor de Muziekschool niet geheel toereikend zal zijn.
de
de HOOFDSTUK IX
ex- (Maatschappelijke steun en voorzorg)
als
Heet De heer TEN HOUDER zegt nog steeds te ijveren voor een om
vorming van de Dienst voor Maatschappelijk Hulpbetoon. Het is
hem bekend, dat hierover besprekingen zijn gevoerd en van elders
2hil- inlichtingen zijn verzameld. Spr. hoopt dat een en ander moge lei-
de den tot het gewenste resultaat,
p te
De heer VERHAAK houdt de volgende rede:
Hoewel het onderwerp, hetwelk ik bij deze begroting, wilde be-
van spreken, mogelijk bij art. 1153 n.l. de subsidie voor A.V.O. naar
aaS voren gebracht zou kunnen worden, lijkt het me toch beter, dit bij
3ren de algemene beschouwingen te doen. Het onderwerp heeft n.l. een
verdere strekking, dan alleen de geringe financiële steun, welke
onder dat artikel op de begroting geplaatst is.
Het probleem van de onvolwaardige arbeidskrachten is van zo
veel belang voor de gehele gemeenschap, en daarom ook voor de
stedelijke gemeenschap, dat ik meen daarop iets verder te moeten
ingaan.
In een aantal steden zijn stichtingen in het leven geroepen, wel
ker besturen bestaan uit werkgevers en werknemers en ambte
lijke organen als G.G.D., G.A.B. en R.v.A. Deze stichtingen voor
arbeidshygiëne, als we die zo mogen noemen, stellen zich ten doel,
het met raad en daad bijstaan van de werknemer, zodanig, dat hij
cu
Vijl3
roor
een
ïeer
de
gen
die
ge-
