345
2 DECEMBER 1948
op grond van zijn lchamelijke en geestelijke gesteldheid, de meest.
geëigende plaats in het productieproces zal kunnen innemen, opdat
aldus zijn arbeid hem de meeste voldoening geven zal.
Aangezien onze stad een dergelijke soort stichting niet bezit,
zijn de werknemers in het algemeen en de onvolwaardigen in het
bijzonder, aangewezen op de bemiddeling van het G.A.B., ofwel op
de hulp van andere organen, welke uit ethische of humanitaire
overwegingen deze bemiddeling geven.
En daarom meen ik dan ook, dat de gemeente tot plicht heeft,
op de eerste plaats als hoofd van de stedelijke gemeenschap, het
stedelijk gezin, en op de tweede plaats als een der grootste werk
gevers met ongeveer 2000 werknemers, ondergebracht bij diverse
bedrijven met, omdat ze overheidsbedrijf zijn, en dus geen winst
beogen, vele mogelijkheden, niet alleen om te bemiddelen, doch ook
om direct te helpen.
Voordat ik deze mogelijkheden wil bespreken, is het beter enkele
algemene opmerkingen te geven over de onvolwaardige arbeids
krachten, en nadien over de mogelijkheden voor deze personen.
Reeds jaren bestaan er lichamen, welke de risico's van het be
roep of het werk moeten dragen, zoals de Raad van Beroep voor
de Ongevallenwet; de Nederlandse Staat voor de verminkte solda
ten; de B.V.O. voor oorlogsverwondingen of ziekten niet als dienst
doende militair opgelopen. Deze lichamen trachten, nadat een zo
goed mogelijk anatomisch en functioneel herstel van de verwon
dingen heeft plaats gehad, ook de tewerkstelling, al dan niet met
opleiding voor een nieuw beroep, te verkrijgen. Contacten met de
Arbeidsbureaux, de officiële bemiddelingsorganen, dienen hier uiter
aard zoveel mogelijk nagestreefd te worden, doch helaas niet altijd
slaagt direct deze inschakeling in een voor de getroffene geschikte
werkkring.
De onvolwaardige arbeidskrachten, voor wie niet direct een
plaatsing in een bedrijf gevonden kan worden, zijn van algemeen
practisch en ook medisch standpunt bezien, te rangschikken in
3 categoriën:
A. Die, waarbij een blijvende toestand bestaat.
B. Diegenen, die nog niet geheel hersteld zijn.
C. Zij, die, hoewel reeds geheel hersteld toch slechts geleide
lijk, wat betreft arbeidstempo en arbeidsprestatie, in een nieuwe
functie mogen worden opgenomen.
A. Deze categorie bestaat uit personen met aangeboren ge
breken en uit personen, die na een doorgemaakte ziekte of na een
ongeval in een toestand gekomen zijn, waarvan noch door verdere
genezing, noch door aanpassing, enige verdere verbetering van de
arbeidsmogelijkheid te verwachten is; het is zelfs mogelijk, dat na
jaren, soms tientallen jaren, prestatieverlies kan volgen.
B. Personen, die nog niet hersteld zijn. Ik sta op het stand
punt, dat personen, die nog onvolwaardige arbeidskracht zijn t.g.v.
ziekten en die al of niet een ziekengelduitkering, of bij een langere
ziekteduur dan een jaar mogelijk invaliditeitsrente trekken, niet
ingeschakeld dienen te worden. Dit is onjuist t.o. van de werk
gever, die meestal niet volledig ingelicht kan worden over de ge
zondheidstoestand van die persoon over een eventueel hernieuwd
ziekteverzuim en ook onjuist ten opzichte van de Bedrijfsvereni
ging van de nieuwe werkgever, die ook al kan deze perscon
slechts enkele weken het werk volhouden, toch tot volledige
verplichting uit hoofde van de Ziektewet, gehouden is.