50
18 FEBRUARI 1948
34. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aankoop van
grond begrepen in het uitbreidingsplan Heuvelstraat e.o. van de
heer Goos. (Bijlagen 1948, no. 48).
Al deze voorstellen worden zonder bespreking aange
nomen.
35. Voorstel van .Burgemeester en Wethouders tot aankoop van
woningen in de Valkenstraat van de heer van Eijck. (Bijlagen 1948,
no. 41).
De heer VAN OOSTERHOUT zegt, dat in het voorstel staat ver
meld dat de bouwcommissie met het voorstel accoord gaat, maar
het is spreker gebleken, dat hij iets over het hoofd heeft gezien.
In de voorwaarde staat namelijk vermeld, dat ook na de verkoop
de huuropbrengst ten bate van de gewezen eigenaar zal blijven tot
aan het tijdstip, waarop de gemeente tot sloping van de opstallen
overgaat. Spreker acht dit niet juist. Dit is een beding dat nooit
wordt gemaakt en hier is het zo, dat in verband met de heerseri-
de woningnood de gewezen eigenaar nog geruime tijd die inkom
sten zal genieten. Deze behoren aan de gemeente te vervallen.
De VOORZITTER acht dit ook juist en stelt voor het voorstel
in die gewijzigde zin te aanvaarden.
Hiertoe wordt besloten.
36. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot aankoop van
grond aan de Baronielaan van de heer F. C. J. Nuijten. (Bijlagen
1948, no. 34).
37. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot ruiling van
gronden in de Oosterstraat. (Bijlagen 1948, no. 30).
Deze voorstellen worden zonder bespreking aangenomen.
38. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot beschikbaar
stelling van een crediet aan de B.S.V. Boeimeer tot het in orde
brengen van een sportterrein. (Bijlagen 1948, no. 37).
De heer KRAMERS leest uit de toelichting dat het terrein ver
huurd is aan het O.L. Vrouwe Lyceum, dat dit verplicht onder
verhuurt aan de B.S.V. Boeimeer. Nu laat Boeimeer dit terrein in
orde brengen met een crediet van de gemeente. Mag het Lyceum
dan zo maar van die verbetering profiteren?
Wethouder STRUIJCKEN zegt dat deze aangelegenheid onder
ling zal worden opgelost.
Hierna wordt het voorstel aangenomen.
39. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een be
zwaarschrift van Chr.a. J. Poppelaars tegen de haar opgelegde
aanslag in het vergunningsrecht. (Bijlagen 1948, no. 31).
De heer SPRANGERS zegt, van mening te zijn, dat hier geen
sprake is van een nieuw bedrijf.
