29 JULI 1949 195 een orkest dan zal voortdurend getracht worden het te behouden. Spreker heeft, evenals de Heer Sprangers, vrees voor de finan cien. Derhalve wil hij Burgemeester en Wethouders in overweging geven de Raad momenteel geen besluit te doen nemen en te wach ten totdat de nieuwe Raad bijeen komt. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat, indien hij deze raadsver gadering vergelijkt met een orkest, de Heer Van Egeraat de beste solo gegeven heeft. Spreker behoort tot de kleinst mogelijke minderheid van het College, die tegen het prae-advies is. Ook onderschat spreker niet de culturele waarde van een Brabants Orkest, doch hij heeft bezwaren van zuiver financiële aard. Als het subsidie verstrekt wordt dan zal dit burgerrechtelijk geschieden. Dat betekent, dat de gemeente zich dan voor 12 jaren gebonden heeft. Men kan het contract niet vóór 1959 opzeggen, maar dan gaat het subsidie nog 3 jaren door. Uit de ter tafel liggende stukken blijkt, dat het orkest begonnen wordt met 33 leden. Dit aantal zai echter na korte tijd uitgebreid worden tot 45 leden. Deze uitbreiding betekent echter een subsidieverhoging van 15 cent per inwoner. Het is evenwel de bedoeling een bezetting van 66 orkestleden te krijgen, om alle werken te kunnen spelen. Boven dien zou deze bezetting nog aangevuld moeten worden met solisten enz. Naar aanleiding van deze beschouwing; heeft spreker zich ver diept in het financiële probleem. Legt men het oor te luisteren, dan hoort men slechts spreken over belastingverlaging, omdat de belastingdruk te groot is. Het bedrijfsleven wil de ondernemings belasting verminderd zien en oefent daarvoor pressie uit op de Regering. De Minister schijnt wel in deze richting, te willen gaan. Het gevolg hiervan zal zijn, dat de ondernemingsbelasting niet gehandhaafd zal worden, zodat een belangrijke daling van de gemeentelijke inkomsten zal plaats vinden. Daartegenover staat, dat de gemeente meer geld voor kapitaalsinvesteringen nodig heeft. Zulks betekent een stijging der uitgaven, terwijl de inkoms ten verminderen. Dit zijn factoren, waarmede rekening gehouden moet worden. Hoe zal het met de culturele verzorging op eigen terrein gaan? Indien andere subsidies voor culturele doeleinden in de toekomst niet verminderd zullen worden, dan wil spreker met het prae-advies gaarne accoord gaan. Een derg'elijke toezegging kan evenwel niet gedaan worden. Al is het Brabants Orkest een belangrijk cultureel instituut te noemen, toch is er nog een allerbelangrijkst cultureel v/erk te verrichten n.l. het onderwijs. Niet het verplicht onderwijs, doch het kleuter-onderwijs. Dit onderwijs is in Breda steeds stiefmoederlijk bedeeld. Hierin moet verandering komen. Ofschoon het subsidie reeds voor 100% ver hoogd is, blijkt zulks nog niet voldoende te zijn. Ook de jeugd-) organisaties zitten alle in financiële moeilijkheden. Ook hier ligt een belangrijke taak voor het gemeentebestuur. Spreker heeft enkele objecten van culturele zorg genoemd, nu zal hij er enkele van sociale zorg opsommen. Vooreerst wil hij opmerken, dat zonder sociale zorg geen cultu rele zorg mogelijk is. Ook de sociale zorg heeft met financiële moeilijkheden te kampen. De gezinszorg verricht uitnemend werk, doch moet financiëel geholpen worden. De Kruisvereniging (Het Groene- en Wit-Gele Kruis) doen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 195