228 6 SEPTEMBER 1949 De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De heer TOXOPEUS vraagt of de Raad de juiste plaats van deze woningen weet te liggen. De VOORZITTER zegt, dat ze gebouwd worden aan de achter zijde der bestaande villa's. Spreker merkt op, dat hij geen omelet kan maken zonder eieren kapot te slaan. De heer MEYS vindt het jammer', dat het ter tafel liggende voorstel nu pas in de Raad gebracht wordt ofschoon het van oudere datum is. Het zou beter geweest zijn, als de Raad eir vroeger iets van vernomen had, dan had deze zich beter in de materie kunnen inwerken. Nu heeft men te kampen met een fatale datum. Daarbij komt nog, dat Prof. Berghoef een kostbare opdracht gekregen heeft, die de Raad niet bekend was. Spreker acht zulks jammer, omdat eerder gewezen had kunnen worden op de bezwaren, door de heren Toxopeus en Drion naar voren gebracht. De VOORZITTER kan het niet eens zijn met de opmerking van de heer Meys, nil., dat de Raad buiten de opdracht aan Prof. Berg hoef gehouden is. Het behoort nu eenmaal tot de taak van Burgemeester en Wet houders een zaak voor te bereiden. De architect is gekozen in overleg met de fabrikanten. Een zaak kan zonder voorbereiding niet in de Raad gebracht worden. En als de Minister niet zo plotseling met zijn besluit gekomen was, zou de Raad meer tijd gehad hebben de plannen met de cijfers rustig te bekijken. Indien dit plan niet lukt, dan moeten er nog geen ver wijten gemaakt worden, omdat de Raad weet, dat er risico aan verbonden is. De heer MOL heeft met belangstelling naar het voor en tegen geluisterd. Hij vindt het plan van Prof. Berghoef goed en is daarom van mening, dat met villabouw niet doorgegaan behoeft te worden. Mogelijk zijn deze huizen later zelfs een groter sieraad voor de stad dan de bestaande. Wel vindt spreker het jammer, dat deze wonin gen, die een inhoud hebben van 500 m3 niet in het Heuvelkwartier gezet worden. Bovendien zouden de moeilijkheden, die nu aan de bouw in het Montensbos verbonden zijn, vermeden worden. Spreker is van oordeel, dat de woningen alsnog in het Heuvel kwartier gebouwd dienen te worden. Hiervoor zullen de industrië len, die sociaal ingesteld zijn, zeker toegankelijk blijken. Met het onderhavige plan bestaat de mogelijkheid de wijkgedachte in het Heuvelkwartier door te voeren. Derhalve stelt spreker de Raad voor punt 12' van de agenda tot de volgende vergadering uit te stel len, opdat opdracht gegeven kan worden dit plan voor het Heuvel kwartier mogelijk te maken. Deze nieuwe plannen zullen door de Minister zeker nog wel in overweging genomen worden, ook al is het na 1 September 1949. De VOORZITTER maant zulks niet te doen. Men kan niet op het laatste moment weer eens gaan wijzigen. Over het onderhavige plan is met de industriëlen lang geconfereerd, zodat veranderingen niet in een kort tijdsbestek aangebracht kunnen worden. Een nieuw plan dient grondig bekeken en besproken te worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 228