6 SEPTEMBER 1949 231 aan vast zou zitten. De parellel tussen het Meisjeslyceum en de Middelbare Meisjesschool gaat niet geheel op. Er was geen school, waar Katholieke meisjes heen konden gaan, voordat het Meisjes lyceum kwam. Voor de niet-Katholieke meisjes is er echter wel een school. Spreker wil met het Departement contact opnemen om zo doende tot een oplossing te komen. De heer JONGBLOED is erkentelijk dat Burgemeester en Wet houders het plan aanvaard hebben. Spreker heeft voor het ogenblik ook niet meer bedoeld. Hij zal met belangstelling uitzien naar wat het College de Raad zal voor stellen. Zonder verdere bespreking wordt dit schrijven in handen gesteld van Burgemeester en Wethouders om prae-advies. De VOORZITTER deelt mede, dat er nog een brief is ingekomen van de heer A. Jongbloed, gedateerd 5 September 1949, luidende als volgt: Ondergetekende verzoekt U beleefd om hem in de gelegenheid te stellen zich in de morgen te houden raadsvergadering tot Bur gemeester en Wethouders te richten met het volgende. Uit het feit dat een het vorig jaar aangelegde straat bezuiden de Jan Willem Frisolaan, tussen de Regentesselaan en de Anna Paulownalaan weer is opgebroken en het terrein daarvan inmid dels is afgerasterd door Korteweg's Bouwmij, meent ondergeteken de te mogen afleiden dat dit terrein eigendom is van deze Bouwmij en begrepen wordt in het bouwplan dat deze Mij, ter plaatse blijk baar zeer binnenkort denkt uit te voeren. Mocht deze veronderstelling van ondergetekende niet juist zijn, dan zal hij gaarne de reden vernemen waarom deze straat werd opgebroken, terwijl, indien zijn veronderstelling wel juist is, hij Burgemeester en Wethouders uitnodigt om alsnog maatregelen te treffen, waardoor de uitvoering van dit bouwplan wordt voorkomen. Ondergetekende komt met deze uitnodiging omdat hij meent dat door de uitvoering van het bouwplan de veiligheid van het verkeer in hoge mate zal worden geschaad. De te bouwen huizen zullen het uitzicht op de Regentesselaan, maar in het bijzonder op de Anna Paulownalaan ten zeerste belem meren, zodat het in- en uitrijden van deze beide straten aanleiding zal geven tot botsingen met het doorgaande verkeer langs de Johan Willem Frisolaan. Het gevaar zou niet zo groot zijn, wanneer de Johan Willem Fisolaan slechts als z.g. ventweg dienst zou doen, hetgeen altijd in de bedoeling heeft gelegen, doch nu het zich laat aanzien dat het middenveld, geprojecteerd als doorgaande weg voor snelverkeer daarvoor in dïj eerste jaren niet 'benut wordt, zo dat de Johan Willem Frisolaan zoals deze er thans ligt, een druk-; ka verkeersweg zal blijven, acht ondergetekende het van het groot ste belang dat het uitzicht zoals dit thans bestaat, behouden blijft en verzoekt hij Burgemeester en Wethouders alvast de conserva toire maatregelen te beramen dat in afwachting van een definitieve beslissing de uitvoering van het bouwplan, hiervoren bedoeld, wordt opgeschort, opdat, wanneer de Raad in deze aangelegenheid een standpunt zou willen innemen, in overeenstemming met dat van ondergetekende, deze niet voor een fait accompli gesteld wordt. Spreker zegt, dat deze grond verkocht is aan de fa. Korteweg voor woningbouw. Deze bouw blijft nog 10 meter van de straat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 231