28 SEPTEMBER 1949 255 De VOORZITTER antwoordt, dat deze school alleen voor jon gens is. De heer VERMEULEN merkt op, dat de bij het prae-advies overgelegde lijst ook handtekeningen voor meisjes bevat, zodat dan niet het vereiste aantal bereikt is. De VOORZITTER antwoordt, dat het niet aan twijfel onder hevig is, dat deze school in het Heuvelkwartier gesticht moet worden. De heer BRINKERHOF merkt op, dat er volgens het prae- advies voorlopig zowel jongens als meisjes gehuisvest kunnen worden. De heer JONGBLOED begrijpt, dat in het Heuvelkwartier een school gesticht moet worden. In het prae-advies staat, dat het wel niet meer mogelijk zal zijn de bouw der school op het urgentieplan voor 1950 geplaatst te krijgen. Spreker vraagt of aan ieder, die een verzoek tot het stich ten van een school doet, medewerking verleend dient te worden. Spreker wil Burgemeester en Wethouders voorstellen het prae- advies aan te houden, om te bezien hoeveel en welke scholen in het Heuvelkwartier gebouwd moeten worden. Het is van groot belang dat het Heuvelkwartier in al zijn consequenties tot een goed ge heel geconstrueerd wordt. Om zulks te kunnen volvoeren, dient men te weten hoeveel kin deren straks het Heuvelkwartier zullen bevolken om aan de hand daarvan het aantal scholen te kunnen bepalen. De VOORZITTER zegt, dat Burgemeester en Wethouders een sociographisch onderzoek hebben doen instellen. Binnenkort zal dit de Raad in de vorm van een rapport voorgelegd worden. Het is ook de bedoeling van het College om systematisch te werken. Er be staat geen enkel bezwaar om aan het prae-advies fiat te hechten. Spreker vindt het echter niet erg het prae-advies aan te houden. De heer MEYS acht het niet nodig het prae-advies aan te houden. Spreker vraagt of de school gebouwd wordt in overeenstemming met de wijkgedachte en in de geest, waarin ze gedacht is. De VOORZITTER antwoordt bevestigend. De school wordt ge bouwd in de geest van het uitbreidingsplan. Het College werkt volgens vaste richtlijnen en als daar van afgeweken wordt, dan is zulks tevoren overwogen. Er wordt niets in het Heuvelkwartier gebouwd, zonder dat de desbetreffende supervisor er de nodige aandacht aan geschonken heeft. De heer MEYS vraagt zich af wat er van het oorspro|nkelijk plan overblijft, indien er steeds wijzigingen ook al zijn ze niet van ernstige aard aangebracht worden. Spreker verlangt, dat de Raad ook daarin gekend wordt. De VOORZITTER antwoordt, dat er een groot verschil tussen is of ergens willekeurig een school geprojecteerd wordt of dat ze in het plan opgeschoven wordt onder deskundige leiding.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 255