286
19 OCTOBER 1949
De heer JONGBLOED merkt op, dat door Gedeputeerde Staten
aan de hand van het inwonertal der Gemeente wel uitgemaakt zal
worden of het wethouderschap al dan niet als hoofdfunctie is aan
te merken.
De heer MEYS zegt, dat dit punt niet juist gezien wordt.
Het doet er in dit geval niet toe of het wethouderschap als
hoofdfunctie dan wel als nevenfunctie is aan te merken.
Is de wethoudersfunctie de enige functie, die door betrokkene
bekleed wordt, dan behoort een kinderbijslagboekje aangevraagd
te worden. Is zulks niet het geval, dan is de wethouder reeds in
het bezit van een kinderbijslagboekje, zodat het dan niet opnieuw
aangevraagd behoeft te worden.
De heer VELDKAMP meent, dat het onderhavige geval parallel
loopt met de kinderbijslagwet. Werkt iemand één dag per week,
dan krijgt deze kinderbijslag.
Naar analogie hiervan dient in dit geval te werk gegaan te
worden, ook al heeft de wethouder een nevenbetrekking.
Ontvangt betrokkene reeds kinderbijslag, dan behoort gezorgd
te worden, dat hij deze niet dubbel krijgt.
De VOORZITTER zegt, dat de uitleg van de heren Meys en
Veldkamp hem het meest juist lijkt.
De heer JONGBLOED meent, dat het daarop niet kan slaan,
omdat zulks in het prae-advies staat.
De heer KEIM merkt op, dat iemand, die een vrij beroep uit
oefent, nooit voor kinderbijslag in aanmerking komt. Deze functie
kan toch een hoofdfunctie zijn.
De VOORZITTER zegt zich over dit punt te zullen beraden.
De heer MEYS zegt een zelfde voorstel te willen doen als in de
gemeente Tilburg, waar reeds vooruitgelopen is op het door Gede
puteerde Staten te nemen besluit. Volgens de nieuwe salarisrege
ling is de jaarwedde der wethouders voor de Gemeente Breda) be
paald op 5100.
Spreker vraagt of het niet te doen zou zijn een zelfde gebaar te
maken als de gemeente Tilburg en de jaarwedde der wethouders
te brengen op 5500.
Dit betekent dus een verhoging van 400.
De VOORZITTER wil de suggestie van de heer Meys in discus
sie brengen.
De heer BRINKERHOF vraagt of een verhoging der jaarwedde
mogelijk is.
De VOORZITTER antwoordt, dat zulks als suggestie wel moge
lijk is. Besluit de Raad hiertoe, dan zal dit besluit Gedeputeerde
Staten in overweging gegeven worden.
De heer JONGBLOED vraagt hoe de salarisschaal luidt.