I KT 19 OCTOBER 1949 311 De VOORZITTER antwoordt hiermede accoord te gaan als beide raadsfracties zulks wensen. De heer KEIM zegt, dat in 1944 in de Drielindendreef door een Canadese tank een lantaarnpaal omver gereden is. Spreker vraagt om een nieuwe. Vervolgens merkt spreker op, dat de overweg aan de Markkade levensgevaarlijk is. Is het mogelijk ter plaatse een bord aan te brengen, dat aangeeft van welke zijde het verkeer bij opening van De heer PEETERS merkt op, dat er in de Belcrumpolder met militaire auto's rijles gegeven wordt. Dit is echter gevaarlijk voor de spelende kinderen. Spreker zegt, dat het voorgekomen is, dat de chauffeur van een dergelijke lesauto de bocht niet goed kon nemen en over een trottoir reed, waarop 4 of 5 kinderen aan het spelen waren. Vervolgens zegt spreker, dat de aardappelschil-ophaaldienst de laatste tijd wel eens verzuimt te komen. Wil men de schillen dan met de vuilnisman medegeven, dan maakt deze daar aanmerking over. De schilleboer deponeert alle afval, die hij kwijt wil zijn, op het eind van de Kwartelstraat in de spoorsloot. Meer mensen in de omgeving deponeren daar hun vuil. Bij warm weer wordt hiervan veel hinder ondervonden. Spreker verzoekt hiervoor de aandacht. Hij vestigt ook de aandacht op het feit, dat er in de gehele Belcrumpolder slechts één urinoir aanwezig is. Zulks acht spreker te weinig. Hierna sluit de Voorzitter de vergadering. dc overweg voorrang heeft? De Secretaris, De Voorzitter, 1

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 311