16 NOVEMBER 1949
335
De VOORZITTER vermoedt, dat het idee van wethouder van
Houten de beste weg is om te volgen. Strafmaatregelen moeten
niet te snel genomen worden. Spreker stelt voor de mening van
de Raad' in de eerstvolgende stafvergadering kenbaar te maken.
Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het
voorstel van Burgemeester en Wethouders en overeen
komstig het voorstel van de Voorzitter besloten.
33. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een adres
van de bewoners der Grote Markt. (Bijlagen 1949, No. 302.)
De heer KRAMERS heeft het prae-advies gelezen en is het met
Burgemeester en Wethouders eens. Hij wil evenwel op een bepaald
punt wijzen.
In het prae-advies wordt gezegd, dat enige tijd geleden op 2
marktdagen een proef genomen is met het plaatsen van één rij
kramen naar de gevels van de huizen aan de zijde van het museum.
Deze proef bleek voor de kooplieden een mislukking, omdat deze
(n.b. mensen, die het langst de markt' bezoeken en daarom in de
eerste rij geplaatst zijn) niet dat vlotte bezoek hadden van voor
heen. Het publiek koopt het liefst aan die stalletjes, welke zo op
gebouwd zijn, dat een soort straatje ontstaat, waarin aan beide
zijden de artikelen kunnen worden bezichtigd.
Naar aanleiding hiervan wil spreker het navolgende vragen.
1. Weegt het belang der Bredase burgers niet zwaarder dan
dat van de marktkooplui of m.a.w. moet het belang der
marktkooplui prevaleren boven dat van de Bredase burgers
2. Veronderstel dat deze vraag bevestigend beantwoord wordt.
Kunnen de kramen, die met het front naar de winkels
komen te staan, dan niet ingenomen worden door de markt
kooplui, die sinds kort of onregelmatig de markt bezoeken?
De heer VAN EGERAAT is van mening, dat de eerste vraag
van de Heer Kramers zo niet gesteld kan worden. De heer Kramers
spreekt over het belang der Bredase burgers en het belang der
marktkooplui. Spreker zou het niet zo abstract willen zien. Het
gaat volgens hem over een meer concreet geval. Maar afgezien
daarvan, wil spreker een andere oplossing in overweging geven
n.l. zoals in Tilburg en ten dele in Dordrecht gebeurt. In die ge
meenten liggen de straatjes (gevormd door de kramen) niet in de
lengte doch in de breedte van de markt. Dus bijv. van de Vee
marktstraat naar de Brugstraat. Hierdoor ontstaan veel meer
straatjes. De bezwaren der marktbewoners worden dan teniet
gedaan. Vanuit de café's kan men dan in de straatjes kijken. Mis
schien krijgt de markt er een gezelliger karakter door.
De heer BRINKERHOF vermoedt, dat, al;s: op de door de heer
van Egeraat voorgestelde manier te werk gegaan wordt er veel
minder kramen op de markt geplaatst kunnen worden. Er zouden
dan nog meer marktkooplui afgewezen moeten worden. Spreker
zou als regel willen stellen, dat de Bredase marktkooplui voorkeur
genieten boven de kooplui, die van buiten komen. De Bredase
kooplui betalen aan Breda belasting en dienen daarvoor een goede
standplaats te krijgen.
Wat het zetten van kisten op de trottoirs betreft, dit gebeurt
vooral op de groenten- en fruitmarkt.