338 16 NOVEMBER 1949 analoog aan dat van 1 Maart 1949, hetwelk steunde op del over weging, dat de grote grenswijziging van 1942, dermate kort geleden was, dat door ons gemeentebestuur een nieuwe, zij het kleine, en niet van belang ontblote grenswijziging, als een onjuiste geste zou worden aangevoeld. Dit gevoelsargument lijkt mij zeer aanvechtbaar, alleen al om het feit, dat een gewenste en nood zakelijke verbetering als deze grenscorrectie, niet afhankelijk mag zijn van een tijdslimiet, tenzij zulks wettelijk is voorgeschreven. Zeker, bij meerderheid van stemmen heeft de Raad in zijn ver gadering van 16 Maart 1949, waarin een groot aantal leden af wezig was, het voorstel verworpen, doch niet op het motief door Uw College in het prae-advies aangegeven. De meerderheid was van gevoelen, dat de bewoners zich recht streeks tot Gedeputeerde Staten moesten wenden. Waarop dit ge voelen was gebaseerd werd niet gezegd. Principieel waren er geen bezwaren. Zeker, de bewoners hadden zulks ook kunnen doen, doch ten respecte van de Raad volgden zij de hiërarchieke weg. Waarom de Raad afweek van de voor de annexatie van 1927 en 1942 gevolgde weg is me niet duidelijk. In de vergaderingen van 1 December 1948, waarin tevens de petitie van de bewoners is overhandigd, en van 16 Maart 1949 zijn de grond'en aangegeven, waarop deze grenscorrectie noodzakelijk wordt geacht. De Raad zijn deze bekend, althans de oude raadsleden. De nieuwe leden zijn hiervan onkundig. Uw College heeft de Raad bij dit prae-advies doen toekomen een afschrift van het prae-advies van 1 Maart 1949. Dit geeft de nieuwe leden geen volledig beeld van de juiste situatie. Opdat zij zich een juist oordeel hadden kunnen vormen, ware het juister geweest ook een afschrift van het gesprokene bij te voegen. Daarom acht ik het nodig, zij het dan summier, de Raad het genotuleerde kenbaar te maken: Uittreksel uit de notulen van de raadsvergadering van 1 December 1948: De heer VAN GILS zegt het volgende: Mijnheer de Voorzitter, Toen krachtens de Wet van 21 April 1927, Stbl. 87, met ingang van 1 Mei 1927 een uitbreiding van de Gemeente Breda tot stand kwam, waren de bezwaren, welke door de Gemeente Breda waren aangevoerd, voor deze slechts gedeeltelijk opgelost. Als oorzakelijk gevolg hiervan, kwam de 2de grenswijziging tot stand bij Besluit van de Secretaris-Generaal van Binnenlandse Zaken Stbl. no. 250, ingaande 1 Januari 1942. Aangezien een en ander thans een voldongen feit is, kan het voor en tegen gevoege lijk buiten bespreking worden gelaten. Zulks doet ook niet ter zake, al is men over het algemeen zeer voldaan. Tengevolge van de laatste grenswijziging is o.m. ontstaan de gemeente Nieuw-Ginneken, omvattende de tot de voormalige ge meente Ginneken en Bavel behorende kerkdorpen, Ulvenhout, Bavel en de buurtschappen Galder en Heusdenhout, waarbij is gevoegd het onder de gemeente Teteringen ressorterende gedeelte van de Moleneindstraat. Sta mij toe, Mijnheer de Voorzitter, dat ik voor een dringende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 338