344 16 NOVEMBER 1949 vraagt zich af of er bij de Dienst van Openbare Werken geen kundige ambtenaren zijn om dit toezicht uit te oefenen. De heer MOL heeft niet bedoeld, dat deze komst een school voor architecten zou betekenen, maar een zeef. De heer BRINKERHOF merkt op, dat voor dei uitbreidingsplan nen de beste architecten genomen zijn. Er zijn echter in de Bouw commissie opmerkingen gemaakt, waarbij aangedrongen is op een schoonheidscommissie. Een dergelijke commissie bevredigt toch niet, zoals reeds aangetoond is. Het rekensommetje, dat deze adviseur f 130.per dag kost, kan men inderdaad uit het voorstel opmaken, doch Ir. de Rouville de Meux kan moeilijk in één dag de plannen uitwerken. Deze zal thuis zijn gedachten hierover moeten laten gaan. Derhalve werkt hij niet een dag, doch telkens verschillende dagen voor de Gemeente. De VOORZITTER wil iets zeggen over de honorering van Ir. de Rouville de Meux. Deze heeft een architectenbureau, waarop verschillende tekenaars werkzaam zijn. Dit bureau moet hij ge durende de dagen, dat hij in Breda werkzaam ts, in de steek laten, hetgeen geld kost. Ir. de Rouville de Meux zal aan dit werk veel tijd kwijt zijn, want er is in deze gemeente op dat gebied veel te doen. Het College heeft juist het stadsschoon, dat anders niet ge zien wordt, willen beschermen. Kort geleden is er nog een oud huisje afgebroken, dat eten sieraad was. Ir de Rouville de Meux is een zeer persoonlijk specifiek werker. Het in het voorstel ge noemde werk kan alleen gedaan worden door een man van for maat. Ir de Rouville de Meux heeft het schoonste stadhuis van Brabant, het Bossche stadhuis, gerestaureerd. De heer Van Swol vergist zich. Een uitbreidingsplan alleen kan geen uitkomst brengen. Een goede uitvoering er van is van het grootste belang. De Gemeente heeft absoluut iemand van buiten Breda nodig, om gevoeligheden van de Bredase architecten te vermijden. Bovendien is Ir. de Rouville de Meux een man van formaat. Dergelijke personen zijn zeer moeilijk te verkrijgen, omdat ze met werk overbelast zijn. De gemeente geeft per week 4 of 5 bouwvergunningen uit. Hierop is toezicht nodig)* De Directeur van de dienst van Openbare Werken gaat binnen kort de gemeentedienst verlaten, terwijl het inschakelen van ambtenaren niet prettig is voor de architecten. Het onderhavige voorstel is uitsluitend ter tafel gebracht in het belang der gemeente. De leden der Bouwcommissie gaan er volkomen mee accoord, omdat zij weten, dat deze maatregel hard nodig is. Het is de hoogste tijd, dat deze materie in behoorlijke banen wordt geleid. De heer SCHIJEN wil nog een antwoord geven op het gezegde van de heer Toxopeus, Spreker blijft volhouden, dat ambtelijke controle op welstandstoezicht wrang is en de nodige souplesse zal missen. Het is niet de bedoeling de architecten in een bepaald schema te wringen, maar voor de gemeente is het stadsschoon van het grootste belang.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 344