23 FEBRUARI 1949
35
gegeven kunnen worden, als tegelijkertijd, naast het onderzoek van
de psyche, ook een onderzoek naar het lichaam verricht wordt en
de capaciteiten hiervan. Immers psychisch zou iemand voor een
bepaald beroep uiterst geschikt kunnen zijn, doch gezien bepaalde
lichamelijke afwijkingen totaal ongeschikt.
Dit over het psychotechnisch onderzoek in het algemeen, doch
hier hebben we bovendien nog, als ik het goed lees, een onderzoek
dat doorgaans veel oppervlakkiger moet zijn n.l. een massaonder-
zoek. Het massa-onderzoek, kan zijn voordeel hebben, als van de
personen, een momentopname gemaakt wordt, welke inderdaad een
beeld geeft van de toestand op dat ogenblik, zoals bij tuberculose-
onderzoek der longen, doch een momentopname van de psyche en
wel van vele kinderen tegelijk met meestal dezelfde vragen en op
gaven is zeker niet voor een goede beoordeling aanvaardbaar.
Alvorens mijn eindconclusie te gexen, wil ik de woorden aan
halen, welke minister Rutten, naar aanleiding van gestelde vra
gen over ditzelfde onderwerp, gaf in een vergadering der Ilde Ka
mer 2 maanden geleden.
„Bovendien is het testwerk zeer kostbaar, en alleen een grondig
en individueel onderzoek kan bevredigende resultaten geven. U
verwacht niet, dat ik ertoe zou overgaan een oppervlakkige tech
nische methodiek te introduceren, maar wel, dat ik ernaar streef
allereerst te bevorderen, dat de methoden, die men zal gebruiken,
werkelijk ook verantwoord zijn."
Het weekblad voor gymnasiaal en middelbaar onderwijs van 22
December 1948, gaf naar aanleiding van deze woorden de volgen
de opmerking: „Dit oordeel van de Minister, die hoogleraar in de
psychologie was, mogen zij, die menen, dat op dit ogenblik, de
psychotechniek al in staat is, de selectie bij het onderwijs te ver
zorgen. zich voor gezegd houden".
Vervolgens heb ik, mijnheer de Voorzitter, om mijn mening te
toetsen, aan die van meer deskundigen, de opinie gevraagd van
een psychiator en van 2 hoofden van grote onderwijsinrichtingen,
welke de jongens onder zich hebben na het L.O.
Deze 3 personen waren van mening, dat er grote gevaren en
risico's verbonden zijn, aan de hier geprojecteerde massale test-
proef, en dat bovendien het voordeel hiervan niet groot te achten
is.
Mijn conclusie is de volgende:
Het gaat niet op de eerste plaats om het bedrag, ik ben tenvolle
bereid medewerking te verlenen, om deze gelden voor dit doel te
besteden, doch dan nuttig en doelmatig, door n.l. het massale on
derzoek te verlaten en hiervoor te stellen, het individueel onder
zoek. Deze individuele onderzoeken b.v. f 25.- per te onderzoeken
persoon in te stellen bij die jongens waarvoor dit nodig wordt ge
oordeeld gemeenschappelijk door de hoofden van de scheidende en
toekomstige school te bepalen, dus alleen bij de inderdaad moeilijke
gevallen. Wij krijgen dan een individueel en grondig onderzoek
(om de woorden van minister-hoogleraar te gebruiken), waarmee
zowel de belangen van de jongens, als het belang van de psycholo
gie is gediend. Immers juist bij deze afwijkende individuele gevallen,
zou het verdere verloop ook als studie gevolgd kunnen worden.
Ik wil U verzoeken in deze geest Uw voorstel te herzien en daar
door het gevoteerde bedrag meer efficient te kunnen gebruiken.
De heer VAN GILS acht het voorstel sympathiek en is het met