376
13 DECEMBER 1949
kunnen ondervangen door art. 3d als volgt te lezen: „De Zondag,
die valt daags voor 6 December."
De heer KRAMERS zegt, te menen, dat de Zondag vóór St.
Nicolaas ook een „Zondag" dient te blijven. De- winkeliers vinden
het niet nodig die dag geopend te zijn. Men heeft liever zijn Zon
dagsrust.
Wethouder STRUYCKEN merkt op, dat men niet voortdurend
wijzigingen kan aanbrengen en dat de Minister elke wijziging
weigert goed te keuren.
De VOORZITTER gaat hierna tot stemming over.
Uit deze stemming blijkt, dat het voorstel van de heer Kramers
met 24 tegen 13 stemmen is aangenomen. Tegen stemden mevr.
Slot-Plattel en de heren Kamphuys, Vermeulen, Romsom, van
Houten, Rattink, Brökelmans, Keim, Jongbloed, van Haperen,
Brinkerhof, Struycken en Cosijn.
De VOORZITTER neemt aan, dat de Middenstands-organisaties
met voorstellen zullen komen.
De heer KRAMERS bevestigt dit.
28. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot beschikbaar
stelling van een crediet voor het verbeteren van de Hoge Brug.
(Bijlagen 1949, no. 353.)
De heer SCHIJEN zegt, dat de Voorzitter reeds een pleidooi
gehouden heeft over de Haven en riolering.
Hij acht het gevaar voor het verkeer niet zo groot, zodat hij
verzoekt het voorstel aan te houden om zich over de verkeers
technische zijde te kunnen beraden.
Spreker acht het niet gewenst om zoveel geld uit te geven voor
een brug, die moet verdwijnen.
De heer KRAMERS kan zich bij deze gedachtegang aansluiten.
Derhalve verzoekt hij het voorstel terug te nemen.
Dg heer VERMEULEN merkt op, dat de toestand ter plaatse
slecht is, zodat er iets moet gebeuren. Spreker meent, dat met
de verbeteringen niet gewacht kan worden en gaat daarom met
het voorstel van Burgemeester en Wethouders accoord.
De heer BRINKERHOF ziet del omstandigheden, waarin de brug
verkeert, anders dan de heer Schijen, die ook lid van de Bouw
commissie is. Het voorstel is reeds veel langer dan 6 weken aan
gehouden. Niet alleen ligt het bovendek los, doch ook de onderlaag
levert gevaar op.
De heer VAN DEN EEDEN merkt op, dat dit voorstel niet los
van het dempen der Haven staat, zodat hij het met de heer Schijen
eens is. Zo nodig dient deze brug provisorisch verbeterd te worden
om ongelukken te voorkomen. Spreker stelt voor het voorstel aan
te houden.
De heer VAN SWOL zegt, dat de brug er niet best uitziet. Dit