38 23 FEBRUARI 1949
ven de scholen door het onderzoek tot een veel grotere samenwer
king zijn gekomen. Dit is een bijkomende winst, die spreker waar- de
devol lijkt en waarvan hij verwachtingen heeft. is
Het voorstel kan aangevuld worden met het eventueel individueel
onderzoek, doch noodzakelijk lijkt hem dit niet. Na het massaal in
onderzoek kan bezien worden of nog tot individueel onderzoek is
overgegaan dient te worden. Indien zulks gewenst lijkt, zal de
Raad alsnog een voorstel worden gedaan. wc
Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het voorstel Te
besloten, met aantekening, dat de heer VERHAAK geacht wenst be
te worden te hebben tegen gestemd. cu
tr
17. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot uitbreiding be
van het leerplan van de fremeentelüke ambachtsschool met de vak- N<
ken brood- en banketbakken (Bijlagen 1949, no. 46).
he
De VOORZITTER zegt, dat terzake nog twee adhaesie-betuigin-
gen binnengekomen zijn .nl. van de Nederlandse Katholieke Bond
van arbeiders in genotmiddelen en van de Unie van de bakkersge- be
zeilen.
De heer VAN ARENDONK dankt het College namens beide or
ganisaties voor het onderhavige voorstel.
Hij is het echter niet eens met het feit, dat in het voorstel slechts
gesproken wordt over de vakken brood- en banketbakken. Spreker
zou graag zien, dat in het officiële stuk, dat aan het Ministerie zal
uitgaan, deze vakken gesplitst worden in
A. brood- en banketbakken (akte N.D.I.)
B. banketbakken (akte N.D.II)
De Commissie van advies is op 17 Februari j.l. bijeen geweest
en komt niet meer bijeen vóór 24 Maart a.s., doch zij heeft de voor
zitter gemachtigd zijn handtekening onder het stuk te zetten. Is
in het Raadsbesluit de genoemde splitsing niet aangebracht, dan
zal dit besluit door die voorzitter ongetekend terug gezonden wor
den.
De VOORZITTER zegt toe de splitsing in het raadsbesluit te
zullen doen opnemen.
Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het voorstel
besloten behoudens de aan te brengen wijziging.
18. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot invoering
van een machinistencursus voor opleiding voor het voorlopig diplo
ma als scheepswerktuigkundige aan de gemeentelijke ambachts
school (Bijlagen 1949, no. 43).
De heer BRINKERHOF heeft geen bezwaar tegen het voorstel.
Spreker vindt het echter jammer, dat de maximum leeftijd tot 20
jaar is beperkt en vraagt of zulks een wettelijke bepaling is.
De heer VAN KAMPEN vraagt welke opleiding nodig is om dit
vak te kunnen volgen en of ook theorie bedreven wordt.
De heer TEN HOLDER vraagt of het bekend is hoeveel leerlin
gen verwacht kunnen worden.