416
14 DECEMBER 1949
zien. Meerdere industrialisatie is hard nodig' en vooral ook: het
doen maken van een welvaartsplan. Kan een welvaartsplan opge
steld worden voor de gehele Baronie Zeeuws-Vlaanderen deed het
ook. Men kan hier niet meer incidenteel regelen, maar behoeft een
plan, stuttend op nauwkeurige analyse, diagnose en prognose. De
kosten hiervoor zijn inderdaad een vorm van rendabele investering.
Met grote klem wordt hierop aangedrongen.
Dat sluit echter niet uit ja, een Welvaartsplan zal dit eerst
goed doen uitkomen dat Breda gelukkig is, geen zuivere in
dustriestad te zijn. Uiterst belangrijk in de samenleving is het toe
passen van het èn-èn principe i.t.t. het óf-óf principe.
Beter is en industrie en landbouw, dan alleen of industrie of land
bouw enz. Daardoor onstaat een rijker cultuurbeeld; wordt God's
wezen, de eenheid in de veelheid, meer benaderd; wordt aan de
menselijke persoonlijkheid meer ontplooingskans gegeven; en is
ten slotte het gevaar voor labiliteit minder groot. Breda houde dit
principe aan. I.v. daarmede zij nog grote aandacht gevraagd voor
e.en andere vorm van industrie n.l. de vreemdelingenindustrie.
Wat hier bereikt kan worden is enorm veel: men vergelijke Am
sterdam in het afgelopen toeristenseizoen. In het algemeen kan
Breda hier nog meer doen. Niet alleen de lofwaardige V.V.V., maar
ook de gemeente zelf, door aandacht te wijden aan stadsverfraai-
ing, verkeersregelingen, vermakelijkheidsbelasting, wedstrijden,
enz. Nog steeds staat Breda niet zo bij het toerisme aangeschre
ven als b.v. Maastricht, of Arnhem; terwijl het met deze steden
toch kan wedijveren. Aangeven van concrete punten zal t.z.t. ge
schieden. Thans zij gewezen op de grote doelstelling, die mogelijk
wel een teveel bij andere gemeentelijke doelstellingen is achter
gesteld.
Breda groeit en het gevaar kan dreigen van een organisme,
waarin het leven wordt verstikt.
De gehele natuur vertoont een orde, dat is: een eenheid binnen
de veelheid. Louter veelheid is chaos. Louter eenheid is Pruisisch.
De gemeente als eenheid dient voor het behoud der veelheid te
waken. Ook dat is én-én principe. De gemeente zij geen stoom
trein, waarbij slechts de locomotief trekt en de andere wagens
meehobbelen. Zij weze een electrische trein, waarbij alle wagens
onder stroom staan.
Burgemeester en Wethouders, met de Raad, vormen de locomo
tief. Zij ontsteken echter alle gemeentenaren, individueel en in
groepsverband, met stroom, zodat voortdurend spankracht ont
staat. Eerst dan vertoont deze gemeente een orde. Eerst dan ook
is democratie verwezenlijkt, dat is: spreiding van verantwoorde
lijkheid.
De gemeente weze een organisme, met bonte verscheidenheid
en actie op alle punten. De fracties zorgen voor deze
mozaïek; de buurtverenigingen; de organisaties in al hun schake
ringen. Ook de wijkgedachte is van deze Orde een gelukkige toe
passing. Den Burgemeester zij hier alle lof gegeven voor de wijze,
waarop hij het stadsvuur steeds brandende houdt. Op andere mo
gelijkheden om dit te doen zal dezer dagen nog worden gewezen
en evenzo in de toekomst.
Zo gaat deze gemeente een nieuw jaar in. Directe resultaten
alleen zijn niet belangrijk. Generaties komen na ons, waaraan de
fakkel wordt doorgegeven. Als wij de gemeente achter laten in een
betere toestand dan waarin wij ze zelf aantroffen, is goeds ge-