15 DECEMBER 1919
433
omvang een toonkamer hebben. Vele zelfs zeer mooi ingericht. Bij
die van Eindhoven vergeleken is de Bredase toonkamer maar een
armoedig geval. Het blijkt dus wel, dat er behoefte aan is.
Met verbazing hoort spreker deze avond, dat de bond van Lood
gieters en Koperslagers niet tevreden zou zijn over de werking
van het contract. Tot nu toe is noch spreker noch het College daar
van ooit iets gebleken. Het zou toch een kleine moeite voor het
Bondsbestuur geweest zijn, zich met eventuele bezwaren tot het
gemeentebestuur te wenden. Of desnoods tot de Directie. Dan was
wellicht allang verbetering ingetreden. De overeenkomst is in 1936
gesloten en spreker heeft enige cijfers opgevraagd over de resul-
van de laatste tijd. Daaruit blijkt o.a. dat in 1948 24 installateurs
een provisie hebben gekregen van f 1391,82 en in de eerste 9 maan
den van 1949 een bedrag van f 988,18.
Spr. betwijfelt sterk of het juist is de toonkamer op te ruimen.
De kookdemonstraties, waarmede in 1936 werd begonnen om het
gasverbruik te stimuleren, bleken toen een groot succes. En zij
werden de aanleiding tot het sluiten van het genoemde contract
met de R.K. Bond van Loodgieters en Koperslagers.
Al enige jaren heeft de gemeente geen acquisiteur meer in dienst.
Wel zijn er enkele incasseerders, die zich hiervoor interesseren en
de mensen soms raad geven bij de aankoop van nieuwe apparaten.
Spr. wil de toonkamer als voorlichtingsinstituut niet gaarne
missen. Als de Bond het contract wenst op te zeggen is hij daarin
uiteraard geheel vrij. Voor de gemeente is alleen van belang het
bevorderen van een economisch gebruik en bevordering van de
gasafzet.
Spr. is gaarne bereid de cijfers over de verkoop onder werking
van het contract ter inzage aan de Raad over te leggen.
In 1947 werd besloten de muntgasinstallaties, waarvoor regel
matig huur moest worden betaald, om niet aan de gebruikers
over te dragen. Bij aanschaffing van een nieuw toestel moest het
oude bij de gasfabriek worden ingeleverd en kreeg de gebruiker
het recht bij de gasfabriek een goedkoop apparaat aan te schaf
fen op gemakkelijke betalingscondities. Afgerekend werd met het
gasbedrijf, doch men had het recht zelf een installateur aan te
wijzen, die het apparaat moest plaatsen. Gaf men geen voorkeur
aan een bepaalde installateur, dan wees het bedrijf bij toerbeurt
iemand daarvoor aan. Ieder op zijn beurt kon daardoor iets ver
dienen. Van klachten heeft Spr. daarbij nimmer vernomen.
De heer VAN DE NOORT kan zich niet voorstellen dat een aan
sluiting van een complex van ongeveer 60 woningen niet rendabel
zou zijn. Bovendien mag verwacht worden, dat er zeer spoedig in
deze omgeving wel meer woningen zullen verrijzen, zodat dit de
aansluiting dan ook weer gunstig zal beinvloed'en.
De Wethouder VAN HOUTEN verklaart niet te hebben geweten,
dat daar reeds een 60-tal woningen zouden staan. Niettemin is de
materialenkwestie voor het ogenblik nog onoverkomelijk. Er zal
niets anders opzitten, dan een goede gelegenheid af te wachten.
Dit geldt ook voor de aansluiting van een complex nabij de Rijs-
bergseweg.
De heer VAN GISBERGEN dankt de wethouder voor zijn wenk
aan de Bond om zich met klachten tot het gemeentebestuur te