15 DECEMBER 1949
443
bloed. Ook spreker meent, dat de verkoop van vendugoederen een
besmettingshaard is welke moet worden opgeruimd.
De heer Ir. SCHIJEN merkt op, dat alhoewel Nederland mil-
lioenen kilo's organische stoffen voor bemesting te kort komt, hij
daarover in deze kring toch maar niet het woord zal voeren.
De VOORZITTER heeft het „boerenhart" van de heer Schijen
toch wel begrepen.
De wethouder VAN HAPEREN is het in beginsel wel met de heer
Jongbloed eens. De controle van vendugoederen op wandgedierte
zal echter een vrij kostbaar apparaat vergen, waarover de gemeente
op het ogenblik niet beschikt. Niettemin doet spreker de toezegging
zich met dit idee ernstig te zullen bezighouden en naar een bevredi
gende oplossing te zullen zoeken.
De Begroting van deze dienst wordt hierna ongewijzigd
goedgekeurd.
Slachthuis- en Veemarktbedrijf.
De heer VAN GISBERGEN zegt:
M. de V.
Met het lid', dat zijn vreugde uit, dat hier een sluitende begroting is
verkregen, kan ik de vreugde niet delen.
Reeds bij de opstelling der begroting waren in vakkringen de al
gemene verwachtingen, dat na de distributie het vleesver
bruik niet boven de 400 gr. per hoofd per week zou komen.
Toen reeds was het nagenoeg zeker, dat de subsidie op het vlees
zou verdwijnen, waardoor de vleesprijzen aanmerkelijk zouden
stijgen.
De ontwikkeling der prijsstelling van het vee ziet er voor het
vleesverbruik niet erg bemoedigend uit, zodat reeds nu gezegd kan
worden, dat, gezien de finantiële draagkracht der bevolking, een
vleesverbruik van 400 gram per week per hoofd zeker de uiterste
grens zal zijn.
Uw antwoord heeft bij mij dan ook niet de indruk weg kunnen
nemen, dat hier een begroting werd opgezet waarvan de cijfers niet
gebaseerd zijn op de algemene verwachtingen.
Ik heb alle respect voor de activiteit van de Directeur van het
Openbaar slachthuis, die deze instelling zo economisch mogelijk
drijft, (daaraan twijfel ik geen moment), maar ik meen dat hij hier
te optimistisch de toekomst heeft ingezien en alle waarschijnlijke en
minder waarschijnlijke posten heeft vergaard om de begroting
sluitend te krijgen.
U moet niet vergeten, dat een verschil van 1 ons per hoofd per
week een mindere inkomsten geeft van f 26000.
Wat post 8 betreft, M. de V. Hierover merkt U op, dat de vroegere
jaren hebben geleerd', dat van het koelhuis weinig gebruik werd ge
maakt; verschillende cellen stonden leeg of waren slechts gedeelte
lijk in gebruik. Daarom werd in 1946 het gebruik der cellen inge
trokken.
Mijnheer de Voorzitter de zaak ligt anders.
Volgens de vastgestelde tariefsregeling op het slachthuis heeft
elke slager recht op vrij koelen. Hiervoor had tot 1946 iedere slager