15 DECEMBER 1949 447 vochtig en de woningen kunnen daarvan dan wel eens hinder on dervinden. Het is Spreker ook bekend, dat er diverse bouwblokken zijn, waar de aardbeienplanten nog onder de vloeren groeien. Hij vraagt, of het niet beter is de Dienst van Openbare Werken met dit toezicht te belasten, omdat deze dienst beter kan beoordelen, welke invloed onvoldoende verwijdering van de zwarte grond op de woningen heeft. De heer Drs VAN EGERAAT vraagt waarom de uitgaven van Openbare Werken ten behoeve van het openbaar lager Onderwijs niet zijn gespecificeerd. De VOORZITTER dankt de heer Brinkerhof voor de woorden van lof aan het adres van de ambtenaren, welke zeker verdiend zijn. Vrees voor te veel opjagen behoeft niet te bestaan; het zijn jonge mensen, die hun werk met grote toewijding doen en het juist daarom zo goed doen. Spreker wenst in dit verband ook met dank baarheid te gewagen van de grote hulp en tegemoetkomendheid, welke hij vooral de laatste drukke tijd heeft mogen ontvangen van de rijksautoriteiten, met name van Minister In 't Veld, Ir. Bolsius en Ir. van der Meer. Spreker acht het beter onvoorbereid als hij is geen namen van gemeente-ambtenaren te noemen, omdat hij niet gaarne de kans zou lopen iemand te vergeten. Het is nodig het bouwen en wat daaraan vast zit nu vol te houden. Het geheim van het succes ligt in het tempo. Niet vergeten wil spreker ook woorden van hartelijke dank te spreken voor de Bouwcommissie, voor het gedegen werk dat vaak zonder voldoende voorbereiding toch kon worden gedaan. Met andere sprekers betreurt de Voorzitter de geringe toewij zing van 234 woningen voor 1950. Hij deelt daarbij niet de mening van de heer Meys, die met het aantal van 1000 woningen, dat in 1950 gereed kan komen min of meer tevreden is. Spreker telt ech ter het aantal woningen dat ieder jaar wordt aanbesteed en komt dan tot de conclusie, dat dit aantal veel te gering is om de normale behoefte te dekken. We zullen deze slag verliezen als het tempo niet sterk kan worden opgevoerd. Terwijl alle huizen vol zitten, worden er per jaar 700 a 800 huwelijken gesloten. Er zouden dus ieder jaar meer dan 800 huizen moeten bijkomen om het normale accres op te vangen. En men moet dan nog maar niet denken aan de rij van minstens 5000 mensen, die al jaren het gebruik van een eigen woning hebben moeten missen. Een extra-toewijzing van bouwvolume zal daaraan maar in zeer geringe mate kunnen te gemoetkomen, omdat op een aantal van 234 een extra van 100 wo ningen al veel zal moeten worden genoemd. Hoezeer het bereikte dan ook tot vreugde stemt, spreker is over hetgeen tot stand is gekomen allerminst voldaan. Nederland zal, aldus de Voorzitter, veel meer moeten bouwen of steeds dieper in de moeilijkheden ge raken, met alle morele en sociale rampen welke daaraan verbon den zullen zijn. De thans opgestelde begroting heeft ook Spreker niet geheel voldaan. Hij zal er op aansturen, het volgend jaar een overzichtelij ker vorm te zoeken. De begroting van de Dienst van Openbare Werken wordt hierna ongewijzigd goedgekeurd. De vergadering wordt geschorst tot hedenavond 8 uur.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 447