450 15 DECEMBER 1949 zijn de organisaties vertegenwoordigd. Ook in de Raden van Beroep, Werkloosheidsfonds en Bedrijfsverenigingen, belast met de uitvoering der nieuwe Werkloosheidswet. Hieruit volgt, dat de ongeorganiseerden absoluut geen verantwoordelijkheid kunnen dragen, terwijl het eveneens ten zeerste wordt betwist of ze voor passief kiesrecht in aanmerking komen. De Heren van Egeraat en Toxopeus gaan uit van practische over wegingen. Evenwel hebben mensen, die uitgaan van een principe, kans om principe-jagers te worden, terwijl mensen uit de practijk redeneren uit feitenkennis. Wanneer dus de wethouder van Sociale Zaken, gehoord het Georga niseerd Overleg, het nodig heeft geoordeeld de ongeorganiseerden zowel het actief als het passief kiesrecht te onthouden, dan kan hem zulks volkomen bevredigen. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat de Raad wel tot de conclusie zal zijn gekomen, dat bedrijfswinsten geoorloofd zijn. Het uitbreiden der gezinstarieven is momenteel onmogelijk. In Februari van dit jaar is zulks reeds onderzocht. Bij dit onderzoek is gebleken, dat Breda aan de spits staat. Laat eerst de donkere wolken (die hij in zijn gisteren gehouden betoog schilderde) overdrijven. Dit zal echter nog wel enkele jaren duren. Derhalve verzoekt hij de Heer van den Eeden te wachten tot de zon weer gaat schijnen. De VOORZITTER zegt, naar aanleiding van een door de Heer Dirven gestelde vraag over zwarte grond in het Heuvelkwartier, dat hij de directeur van de dienst van Beplantingen verzocht had, deze zaak te onderzoeken. Hieruit bleek, dat men niet zuinig was geweest met deze grond. De grond moet echter bewaard worden voor aanplantingen. Aan gezien de bouwers er niet op letten, heeft spreker de directeur opgedragen hieraan de nodige aandacht te schenken. GEMEENTE-BEGROTING, GEWONE DIENST. Hoofdstuk I, Zonder bespreking wordt Hoofdstuk I goedgekeurd en vastgesteld. Hoofdstuk II, De Heer BRINKERHOF zegt, dat het hem opgevallen is, dat de reglementen, voorkomende in het dienstboekje voor de werklieden ver betering behoeven. Art. 37 luidt, dat werklieden in vaste dienst met een werkelijke diensttijd van 10 jaren of korter, bij ziekte gedurende een jaar het volle loon uitbetaald krijgen. Daarna, gedurende 12 maanden het deel om tenslotte bij ziekte langer dan 24 maanden het halve loon te ontvangen. Deze wijziging van het Werkliedenreglement dateert van 1 Januari 1944 en is dus van oudere datum. Spreker is bekend, dat een werkman van het Gasbedrijf aan t.b.c. lijdt. Het is niet uitgemaakt of deze de ziekte in en door ofwel buiten de dienst heeft gekregen. Zulks doet er trouwens ook niet toe. Deze man heeft een huwbare dochter, die nu het huishouden moet doen met 28.— in de week. Hiervan kan niets overschieten, afge zien nog van de vraag of ze haar zieke vader wel eens iets extra kan toestoppen. Spreker wil er derhalve met klem op aandringen de genoemde clausule zo te wijzigen, dat de ambtenaren en werklieden met een gerust hart op

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 450