21 DECEMBER 1949 489 niet mogelijk zijn. Spreker wil dit gaarne onder de aandacht van het College brengen en hoopt, dat dit zal leiden tot verbetering. De heer VAN GILS zinspelend op een gebeurtenis, waarbij hij tegenwoordig was in gezelschap van meerdere vooraanstaande tech nici, zegt te hebben vernomen, dat het gebrek aan goede vakmensen reeds funest begint te worden. In dit verband herinnert spreker er aan, dat hij het vorig jaar de Raad heeft gewezen op de mogelijk heid, het technisch onderwijs reeds op de lagere school min of meer voor te bereiden door de invoering van het vak handenarbeid. Het bezwaar daartegen, gebrek aan lokalen, is spreker wel bekend, maar naar zijn mening moet de gemeente daarvoor niet terugdein zen, doch zo spoedig mogelijk dit leervak doen invoeren. De heer VAN SWOL merkt op, dat vooral ook voor metaalvak arbeiders een twee jarige opleiding beslist onvoldoende moet heten. Handenarbeid op de lagere school, hoe goed ook, zal daaraan niets verhelpen. Het door de heer Brinkerhof naar voren gebrachte bezwaar van derving van inkomsten kan wel worden opgelost. Men zou een rege ling kunnen treffen, waarbij de leerlingen in het derde leerjaar een half jaar op school gaan en daarna een half jaar naar een fabriek, desnoods met een vergoeding voor gepresteerde arbeid. De heer Drs. VAN EGERAAT schaart zich achter de heer Brin kerhof, wanneer deze opmerkt, dat de methodiek van de ambachts school verouderd is. De leerlingen kunnen na het aflopen van de cursus nog niet volledig in staat worden geacht, te voldoen aan de eisen, die het bedrijfsleven stelt. Spreker merkt voorts op, dat, zonder hiermede iets ten nadele van het derde cursusjaar te willen zeggen, de ambachtsschool altijd zal moeten achterblijven bij de voortschreidende eisen der techniek. Het zal daarom wenselijk zijn, het accent van de ambachtsschool (de breedte) te verleggen naar de diepte, welk bedrijfsscholen zullen kunnen geven. De heer VAN DEN EEDEN is bereid alles te doen, wat het am- bachtsonderwijs zal kunnen verbeteren. De industrie heeft nu een maal goede vakmensen hard nodig, en zoals reeds is opgemerkt, hangt ook het levensgeluk van de arbeidende klasse daarmede sa men. De opmerking van de heer Brinkerhof over loonderving is wel juist, doch spreker acht deze geldkwestie niet van de eerste orde. Spreker vraagt nog aandacht voor post nr. 1050, het toekennen van studiebeurzen. Is het mogelijk, langs de weg van toelagen voor begaafden de studie in technische vakken te bevorderen? Met de door de heer Jongbloed gedane suggestie, het leerlingen stelsel tot breder toepassing te brengen, kan spreker ook geheel instemmen. De heer VAN GISBERGEN meent van het derde leerjaar aan de ambachtsschool reeds veel verbetering te mogen verwachten. Be langrijk zal het ook zijn bij de arbeiders meer liefde voor het vak aan te kweken. Dat de leerlingen van de ambachtsschool als stumperig onderleg den aan de industrie zouden worden afgeleverd, kan spreker echter volstrekt niet onderschrijven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 489