Besloten vergadering van de Baad der gemeente Breda gehouden na de openbare zitting op 28 September 1949. De Voorzitter deelt mede, dat de afdelingsvergaderingen voor het onderzoek der begroting acht dagen uitgesteld zijn. Wethouder van Houten vraagt er rekening mee te willen houden dat half DecemBër~de~T3êgroting afgehandeld zal kunnen zijn. De rap porteurs dienen hun rapport in de kortst mogelijke termijn in te dienen, daar het tijdsbestek iets kleiner geworden is. De heer jongbloed zegt, de laatste tijd klachten vernomen te heb ben over 'de gang van zaken aan de openbare lagere school aan de Middellaan. Het Hoofd der school schijnt met het personeel niet op goede voet te staan, terwijl ook de leermiddelen niet op peil blijken te zijn. Ook met het vacantiewerk zijn er moeilijkheden geweest. Spreker vindt het jammer, dat de Wethouder van Onderwijs niet aanwezig is. Hij acht het in het belang der school, dat er iets gedaan wordt. Het is misschien beter de kwestie tussen deze en de volgende ver gadering met Wethouder Struycken te bespreken. De Voorzitter antwoordt, dat de 'Wethouder reeds op hoogte is. Dezê~zaaS Ts~in de vergadering van Burgemeester en Wethouders ge weest, doch niet uitvoerig besproken. Hij verzoekt de heer Jongbloed aan Wethouder Struycken de hem bekende feiten kenbaar te maken. De heer Jongbloed zal zich met de Wethouder ter zake in verbin ding stellen. üïl zegt voorts dat er geruchten gaan, dat de heer Gruijsen ontslag zal nemen en het College de heer ter Veer in diens plaats wil benoemen. Spreker wil het College waarschuwen om met deze benoeming voor zichtig te zijn, daar de heer ter Veer niet de juiste man voor die functie geacht moet worden. De Voorzitter antwoordt, dat zulks niet zal gebeuren. Hieraan heb"5en~zelfs Burgemeester en Wethouders niet gedacht. Spreker vraagt, welke klachten de heer Jongbloed heeft ten op zichte van de heer ter Veer. De heer Jongbloed acht hem niet de juiste man, die op een derge lijke plaats üEuTs behoort. Bij de Distributiedienst zijn er reeds klachten over hem geweest. De Voorzitter zegt, dat het ongelukkig samengestelde Distributie kantoor inders nogal aardig gelopen heeft» Burgemeester en Wet houders hebben echter niet de bedoeling gehad de heer ter Veer in deze functie te benoemen. Het is het voornemen Mr.Kooijman te benoemen. De heer Jongbloed zegt, dat het in dit geval moeilijk is de juiste man op de gulste plaats te krijgen. Spreker heeft persoonlijk niets tegen de heer ter Veer.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 526