16 MAART 1949
61
aan M. Langen, wonende te Breda, Oosterstraat 103, voor vóór-
tijdige uit de pachtneming en reek van tuinbouwgronden, begrepen
in het uitbreidingsplan Heuvelstraat e.o. een schadevergoeding ge
geven wordt van:
a. f 2800.- voor de uit de pachtneming van 2000 m2 tuinbouw-
grond, beplant met asperges, deeluitmakende van het perceel
sectie I. no. 2627;
b. f 480.- voor de uit de pachtneming van 3200 m2 tuinbouw-
grond, beplant met spruitkool en mais; derhalve in totaal f 3280.-.
4. Bij schrijven van Gedeputeerde Staten van 16 Februari 1949, G.
nr. 3668, is goedkeuring verleend aan het besluit van de Raad van
19 Januari 1949 tot aankoop der percelen gemeente Breda, sectie
B. no's 2700, 2701, 2702 en 2703, groot respectievelijk 34 m2, 30
m2, 30 m2 en 30m2 met de zich daarop bevindende opstallen, ge
legen aan de Valkenstraat voor een som van in totaal f 2700.- van
de heer A. W. van Eijk wonende te Breda, Teteringsedijk 165.
Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.
2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het benoe
men van een tweetal leraren in handtekenen aan de gemeentelijke
avondschool voor ambachtslieden (Bijlagen 1949, no. 51).
De VOORZITTER stelt voor tot stemming over te gaan. Uit de
stemming blijkt, dat onder A. 27 stemmen zijn uitgebracht op de
Heer J. N. van den Brink en onder B. 25 stemmen op de heer G.
J. M. Obbens en 2 stemmen op de heer F. H. Peeters, zodat de he
ren J. N. van den Brink en G. J. M. Obbens zijn benoemd tot
leraar in het handtekenen aan de Gemeentelijke Avondschool voor
Ambachtslieden.
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen
van eervol ontslag aan de heer A. A. Bakkeren als leraar aan de
gemeentelijke Ambachtsschool en de gemeentelijke Avondschool
voor ambachtslieden in verband met het bereiken van de pensioen
gerechtigde leeftijd. (Bijlagen 1949, no. 61).
Wethouder ROMSOM zegt, dat hij als voorzitter van de Com
missie van toezicht op het Nijverheidsonderwijs zich gedrongen
voelt de heer A. A. Bakkeren, die ontslag heeft gevraagd als
leraar aan de gemeentelijke Ambachtsschool en de gemeentelijke
avondschool voor Ambachtslieden, dank te brengen voor datgene,
wat hij zovele jaren voor het Nijverheidsonderwijs gedaan heeft.
Onverpoosd heeft hij al zijn krachten ingezet om dit onderwijs
op een hoger peil te brengen. Na het ontslag van de vorige Direc
teur der Ambachtsschool, werd de leiding tijdelijk in zijn handen
gelegd. Aan zijn ijver is het te danken, dat vanaf dat ogenblik het
onderwijs in betere banen werd geleid. Het gemeentebestuur heeft
hem toen willen honoreren, doch het Departement gaf geen toe
stemming. Spreker weet de tolk van de Raad te zijn, indien hij
namens deze, de heer Bakkeren dank brengt voor zijn toewijding
aan de gemeentelijke Nijverheidsscholen.
Spreker verzoekt de Raad, deze woorden de Heer Bakkeren ter
kennis te mogen brengen.
