16 MAART 1949 69 De heer MEYERS is van oordeel, dat een dergelijk voorstel niet de Raad voorgelegd had behoeven te worden. Het College van Bur gemeester en Wethouders had het verzoek kunnen behandelen. Het geval zou echter anders gelegen hebben als het initiatief van Bur gemeester en Wethouders was uitgegaan. De VOORZITTER antwoordt dat een dergelijk voorstel door de Raad gedaan moet worden. De heer TEN HOLDER vraagt of het niet goed zou zijn, dat eerst enig cijfermateriaal overgelegd wordt, zodat de Raad zich beter een oordeel kan vormen. De VOORZITTER staat niet afzijdig tegenover het verstrekken van enig cijfermateriaal. Het College dient de zaken voor te be reiden en leiding te geven. In dit geval is zulks niet geschied, omdat het College de mening toegedaan is, dat de Raad terzake een principiële uitspraak moet doen. De heer VAN GILS zegt ook genegen te zijn uit de bewoners van Heusdenhout een Commissie te vormen om hetzelfde verzoek aan Gedeputeerde Staten van Noord Brabant te zenden. De heer JONKER zegt hierin de heer van Gils te willen steunen, omdat het zodoende Burgemeester en Wethouders gemakkelijker gemaakt wordt. De VOORZITTER vraagt de heer van Gils of hij zijn mening in een voorstel wenst samen te vatten. De heer VAN GILS antwoordt hiertoe wel genegen te zijn, doch Burgemeester en Wethouders niet in moeilijkheden te willen brengen. De heer VAN SWOL merkt op, dat het tactischer was geweest, indien deze zaak niet de Raad was voorgelegd, doch de buurtbe woners zelf hun recht gezocht hadden. De heer VAN GILS stelt de Raad voor de grenswijzigingspro cedure bij Gedeputeerde Staten aanhangig te maken. De VOORZITTER brengt het voorstel van de heer van Gils in discussie. De heer MEYS kan zich met het voorstel van Burgemeester en Wethouders verenigen. Spreker is van mening, dat op het verzoek van adressanten niet ingegaan dient te worden in afwachting van de actie der buurtbewoners. De VOORZITTER brengt hierna het voorstel van de heer van Gils in stemming. Met 12 tegen 17 stemmen wordt het voorstel van de heer van Gils verworpen. Tegen stemmen de heren H. J. van Houten; D. J. A. Kramers;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1949 | | pagina 69