12 APRIL 1950 117 9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een partieel uitbreidingsplan Montensbos onder gelijktijdige intrekking van een gedeelte van het bestaande uitbreidingsplan Boeimeer, dat voor het betrokken gebied tot heden gold. (Bijlagen 1950 nr. 129.) 10. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot vaststelling van een bijzondere voorgevelrooilijn aan de Oude Vest tussen de Kerkstraat en de Keizerstraat. (Bijlagen 1950 nr. 111.) De Raad besluit overeenkomstig deze voorstellen. 11. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot wijziging van het raadsbesluit van 28 September 1949 tot het toekennen van hypothecaire credieten voor particuliere woningbouw. (Bijlagen 1950, nu. 130.) De heer MEYS heeft met verwondering het voorstel gelezen. Dit voorstel is opgesteld naar aanleiding van de bezwaren die Gedeputeerde Staten ten opzichte van deze materie hebben. Naar sprekers mening is het niet nodig de wijziging aan te brengen. De gemeente is in principe bereid, om aan de particulier, die om een crediet verzoekt, een hypotheek van 85% der bouwkosten te verstrekken. Gedeputeerde Staten maken echter bezwaar, dat dit principe gehandhaafd wordt, indien de particulier toevallig de be schikking heeft over meer dan 15% der kosten. Zulks bevreemdt spreker, omdat dit voor de gemeente geen finan ciële consequenties kan medebrengen. Het risico wordt daardoor zelfs voor de gemeente verminderd. Men kan echter ook zOjgten, dat de particulier verplicht is, de beschikbare gelden te besteden om daardoor de lasten te vermin deren. Maar op deze wijze wordt getreden in de rechten van de parti culier om zijn geld naar goeddunken aan te wenden. Het is der halve een beperking van de vrijheid. Spreker heeft ernstig bezwaar deze beperking in te lassen en op de bezwaren van Gedeputeerde Staten in te gaan. Hij stelt derhalve voor niet in te gaan op de bezwaren van Gedeputeerde Staten. De heer JONGBLOED is het niet met de heer Meys eens. De particulier moet trachten de gemeente er buiten te houden. Hij ziet niet in, dat de gemeente aan iemand, die over voldoende con tanten beschikt!, een hypotheek van 85% der bouwkosten moet ver strekken. Derhalve vindt hij het standpunt van Gedeputeerde Sta tiën rationeel en kan mot het voorstel van Burgemeester en Wet houders accoord gaan. Hij ziet in dit geval geen aantijging van de vrijheid1 van de persoon. Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat het in het onderhavige ge val een dubbele woning* betreft. Deze woningen dienen aangepast te zijn aan hun omgeving. Spreker meent, dat in de mening van Gedeputeerde Staten een kern van waarheid schuilt, maar Gedepu teerde Staten moeten niet met hun bezwaren een half jaar later komen. Beroep is mogelijk. Gaat de gemeente in beroep, dan duurt de procedure ZO' lang, dat betrokkene daardoor in moeilijkheden geraakt. Bovendien weet men niet hoe de eindbeslissing zal luiden. Derhalve heeft hij bezwaar tegen het voorstel van de heer Meys.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 117