146
17 MEI 1950
strook voor huizen aan de Dr. Batenburglaan. (Bijlagen 1950,
not 146.)
Dienovereenkomstig wordt besloten.
9. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het beschik
baar stellen van een crediet voor wijziging van het Stationsplein.
(Bijlagen 1950, no. 156.)
De heer RATTINK vraagt of het mogelijk is oversteekstroken
te maken vanaf de Willemstraat naar het Station door het aan
brengen van ander plaveisel. Wellicht zou hier ook een vlucht
heuvel kunnen worden aangebracht.
De VOORZITTER merkt op, dat vluchtheuvels soms hinder kun
nen opleveren voor het rijdend verkeer. Hij zal de gehele kwestie
in de verkeerscommissie ter sprake brengen.
De heer WEZENBEEK is van mening, dat het verkeershuisje,
zoals dit thans ligt, een sta-in-de-weg is. Ook is de plaatsing er
van, nu de tunnel aan de andere zijde ligt, niet meer doelmatig. Zij,
die naar het verkeershuisje willen gaan, moeten nu het stations
plein geheel oversteken. Spreker stelt voor het verkeershuisje te
doen verplaatsen.
De VOORZITTER antwoordt, dat zulks veel geld zou kosten.
Bovendien zou dit gebouwtje ook aan de andere zijde van het Sta
tionsplein in de weg staan. Een definitieve oplossing wordt door
verplaatsing dus niet verkregen. Misschien doet zich later een
mogelijkheid voor een geschikter oplossing voor, bijvoorbeeld als
de Vereniging Breda Vooruit een particulier pand nabij het Station
zou kunnen verkrijgen.
De voorgenomen verbouwing aan dit huisje kost in ieder geval
minder dan een wellicht tijdelijke verplaatsing.
De heer SCHIJEN merkt op, dat in de vergadering van de bouw
commissie alleen de heer Brinkerhof aanwezig was. Hij zal het op
prijs stellen, indien de aankondiging van de vergaderingen dezer
commissie tijdiger geschiedt.
De heer MEIJS is van oordeel, dat niet voldoende rekening is
gehouden met het voetgangersverkeer naar het station. Dit, klemt
te meer, nu de Zuidelijke rijweg voor dubbel verkeer wordt open
gesteld. Veelal zijn de voetgangers naar het station gepresseerd;
enig gevaar lijkt hem daarom ter plaatse wel aanwezig. Misschien
is het mogelijk om in de verkeersweg nabij de Willemstraat kleine
Vluchtheuvels aan te brengen. Hij zou gaarne zien, dat deze kwes
tie in het belang van het voetgangersverkeer nogmaals onder ogen
werd gezien.
De VOORZITTER zegt toe, deze zaak in de vergadering van de
verkeerscommissie te zullen brengen.
De heer MOL vraagt zich af, of nu het verkeersprobleem in
een groots opgezet plan wordt bezien bij het onderhavige voor
stel met dit plan rekening is gehouden. Hij heeft de indruk gekre
gen, dat dit niet het geval is.