18
19 JANUARI 1950
In het vervolg kan natuurlijk wel prijsopgaaf bij beide firma's
gevraagd worden.
De vriendelijke woorden van dank wil spreker gaarne delen met
de leden van het College en de gemeente-secretaris.
Spreker is blij met het bereikte resultaat.
Het geeft de bouwvakarbeiders brood voor dit jaar. Hij raadt af
in de plannen nog wijzigingen te brengen.
De heer DIRVEN vraagt of in de voorwaarden vastgelegd is,
wanneer het werk klaar moet zijn.
De VOORZITTER antwoordt ontkennend. Wel wil de Klokken-
berg het in het voorjaar gereed hebben om dan met bouwen te
kunnen beginnen.
De heer VAN OYEN zegt, dat zijn fractie zich volkomen met het
voorstel kan verenigen. Alleen hoopt deze fractie dezelfde mede
werking van het College te mogen ontvangen bij een eventueel in
Breda te bouwen interkerkelijk sanatorium en een nieuw diacones-
senhuis.
De VOORZITTER antwoordt, dat elk aanbod op medisch gebied
hem welkom zal zijn. Kan de heer van Oyen aan deze zaak een
duwtje geven, dan zal spreker dat prettig vinden. Ook in dit geval
is Breda niet de enige candidaat.
Zonder verdere bespreking wordt overeenkomstig het
voorstel besloten.
14. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een ver
zoek van het Bestuur der R.K. g.l.o. en u.l.o.-school aan de Baro
nielaan 20 om medewerking ex art. 72 der L.O.-wet 1920. (Bijlagen
1950, no. 2).
De heer JONGBLOED is niet overtuigd van de noodzakelijkheid
deze verbouwing tot stand te brengen. In dit geval worden 2 lokalen
opgeofferd om er 1 van te maken, dat dienst moet doen als ver
gaderlokaal en als overblijflokaal. Hij is van mening, dat een over
blijflokaal niet valt onder art. 72 der L.O.-wet 1920.
Spreker had graag, dat deze verbouwing op haar urgentie bezien
werd door de in uitzicht gestelde Commissie van bijstand voor het
onderwijs. Wanneer zulks mogelijk is, verzoekt spreker deze zaak
aan te houden todat bedoelde Commissie geïnstalleerd is. Zulks zou
toch in deze vergadering geschieden Gebeurt dat dan in de vol
gende vergadering
De heer BRINKERHOF is het met de heer Jongbloed eens, dat cr
2 lokalen opgeofferd moeten worden om er één van te maken.
Een overblijflokaal valt niet onder art. 72 der L.O.-wet 1920. Een
vergaderlokaal echter wel. Dit nieuwe lokaal zal echter niet het
zuivere karakter van een vergaderlokaal dragen, want er komt een
aanrecht met toebehoren in.
Voor de fietsenbergplaats is een veel gemakkelijker oplossing te
vinden. Van het ene lokaal kan een fietsenbergplaats gemaakt wor
den, terwijl het andere als vergader- en overblijflokaal dienst kan
doen. De kosten bedragen dan misschien 1000.
Spreker verzoekt het onderhavige prae-advies aan te houden.