14 JUNI 1950
197
Havendemping zijn. Hij geeft dus zijn persoonlijke zienswijze en
die van diverse leden zijner fractie.
Hierna zegt spreker heb volgende:
27 Juni 1940 werd besloten tot demping der Haven:
1. om een verbinding Noord-Zuid tot stand te brengen aanslui
tende op de weg naar Beek;
2. om een noodzakelijke verkeersverbetering in te voeren.
Intussen is gebleken dat bij de pogingen om te komen tot ver
betering van het verkeer in de stad veel meer het accent drukt op
de locale eisen dan we! op de komende weg naar Beek. Toch zal de
we!g naar Beek ook nu de aandacht blijven vragen en het ligt voor
de hand, dat, wanneer deze op de aangegeven plaats komt het ver
keer uit die richting doorgeleid zal moeten worden via Middellaan,
Nieuwe Prinsenkade naar het Havenplein.
In uw prae-advies van 9 Juni 1950 zegt u, dat onze Raad uit de
besprekingen over het nieuwe verkeersplan, die in onze vergade
ring waren gehouden, duidelijk was geworden, dat er gerechte
twijfel gerezen was over de vraag, of deze verbindingsweg aldus
diende te blijven geprojecteerd.
Mijnheer de Voorzitter, als u meent dat ons dit duidelijk was ge
worden dan vergist u zich. Duidelijk was ons, dat u de questie
Haven angstvallig had vermeden en gebleken is, dat de Raadsleden
er voorzichtigheidshalve niet over spraken. Beiden speelden we
verstoppertje. Voldoende was ons duidelijk geworden, dat die. bij
eenkomst, welke een informatorisch karakter droeg een achter
grond had, die door een nevelgordijn even aan het zicht moest wor
den onttrokken.
Voor het vaststellen van mijn standpunt of beter gezegd voor
het vastleggen van mijn ingenomen standpunt in het onderhavige
Havenprobleem heb ik een dankbaar gebruik gemaakt van het
rapport Witteveen en Bos.
Allereerst stel ik vast, dat door de Raad aan de heren
Witteveen en Bos geen opdracht is gegeven een rapport over het
Havenprobleem op te maken.
Hierna zal ik in mijn uiteenzetting de namen Witteveen en Bos
afkorten met W. -f- B.
Meerdere malen hoor ik, dat deze namen gesteld worden in de
volgorde Bos en Witteveen, doch deze volgorde wil ik niet aan
houden omdat de afkorting dan zou worden B.. en W. en dit lijkt
mij in verband met hetgeen ik wil zeggen minder gewenst.
Met W. B. kon ik het eens zijn, dat men niet tot demping be
hoeft over te gaan uit hygiënische overwegingen. Het is slechts de
buitenwacht, die daarop de nadruk legt, met de bedoeling om het
Gemeentebestuur de demping te doen bespoedigen.
De argumenten waren in 1940 verbetering van het verkeer: de
enige kans, die er was om een ruime verkeersweg te krijgen tussen
Noord en Zuid, te benutten.
Toentertijd was er geen andere afdoende mogelijkheid voor ver
keersverbetering in de binnenstad, doch die andere mogelijkheid is
er thans evenmin. De bewering, dat de slechte reuk van de Haven
indertijd opgeld heeft gedaan is er naast, daar dit bezwaar eerst
tot uiting is gekomen toen de dempingswerkzaamheden voor het
gedeelte Mark haar beslag hadden gekregen.
De voorstellen van Burgemeester en Wethouders vonden inder
tijd geen bestrijding omdat ieder raadslid toen ten volle besefte,