15 JUNI 1950
239
geven. Deze weet ook niet precies, welke woningen gebouwd zullen
en kunnen worden. Momenteel kunnen er 168 woningen gebouwd
worden. Bovendien geldt voor bedoeld gebied een uitbreidings
plan. Het was voor het aanleggen van riolering en bestrating nood
zakelijk, dat de grond direct uit de pacht genomen werd. C. Mulaers
had de grond gepacht tot 11 November 1953. Hij vroeg een schade
vergoeding van 13.400.Er is een berekening gemaakt, waar
aan spreker zelf niet voor 100% waarde hecht. Deze man wordt
diens gehele bedrijf ontnomen. De woningen zijn reeds gegund. Wat
is nu billijk Het gezin, dat 6 kinderen telt, heeft ongeveer 5000.-
per jaar aan levensonderhoud nodig. Dit betekent over een pacht
tijd van 2% jaar een bedrag ad 12.000.
Zal Mulders aan dit bedrag voordeel hebben? Spreker betwijfelt
het. Het een en ander berust op een voorlopige afspraak, omdat
hedenmorgen openbare werken ter plaatse moest beginnen.
De Raad kan niet besluiten het voorstel aan te houden. Wordt
deze zaak uitgesteld, dan zal de aannemer van de aldaar te bouwen
woningen schadevergoeding eisen. Het onderhavige bedrag is hoog,
doch Mulders moet er met zijn gezin 214 jaar van kunnen leven.
Hij is ervan overtuigd, dat Mulders over 214 jaar over geen nieuw
bedrijf zal beschikken. Spreker heeft het gevoel, dat deze man het
bedrag voor zijn gezin hard nodig zal hebben.
De VOORZITTER zegt, dat de gemeente op het eind van het vorig
jaar toestemming heeft gekregen 150 Bouma woningen te zetten.
Nu mogen er weer 168 woningen van hetzelfde type gebouwd wor
den, mits ze in korte tijd tot stand komen. Van alle opdrachten
komt misschien niets terecht wegens de verlaagde normen. Maakt
een architect een plan voor het bouwen van woningen met vermin
derde rijksbijdrage, dan kunnen ze niet lukraak gezet worden.
Dergelijke woningen passen niet in de reeds bestaande plannen.
Men dient dus een geschikte plaats te zoeken. De Raad kan het
onderhavige voorstel uitstellen, maar dan zal de aannemer schade
vergoeding eisen. Spreker kan de Raad evenmin adviseren het werk
morgen te laten stilleggen.
Mejuffrouw KOPPELAAR merkt op, dat de Raad nu de finan
ciële zijde bezien heeft. Zij is het met wethouder van Haperen eens.
De gemeente heeft zedelijke verplichtingen ten opzichte van C.
Mulders, wie aanvankelijk een gedeelte, nu het gehele bedrijf ont
nomen is. De man moet opnieuw beginnen en er gaan jaren over
heen, voordat er weer een soortgelijk bedrijf opgebouwd is. De
belangen van deze man dienen behartigd te worden, zodat aan het
bedrag niet geknibbeld mag worden. Dit is geen kapitaal voor de
spaarbank, doch hiermede moet Mulders een nieuw bedrijf opzet
ten. Naar aanleiding hiervan kan zij de woorden van wethouder
van Haperen onderstrepen.
De heer JONGBLOED wil het bedrag van de voortijdige uit de
pachtneming niet op de rug van deze man verhalen. Hij verlangt
een volledige schadeloosstelling. De vraag is of het voorgestelde
bedrag wel juist is. De Raad kan dat zó niet beoordeelen. De ge
meente heeft nu 30 aren van de grond nodig. Mulders wil echter
alle grond kwijt, dus ook de resterende 60 aren. De 60 aren heeft
de gemeente echter niet nodig, zodat hij deze grond nog enkele
jaren zou kunnen bewerken.