346 27 SEPTEMBER 1950 Toen is besloten dit werk aan een particuliere vennootschap over te laten. Nu blijkt, dat de uitvoering- hiervan niet in die mate ge schiedt, als de Raad destijds wenselijk achtte. Spreker voorziet, dat de zaak nog meer zal traineren, zodat van een stimulering van de industrie niet zo veel terecht komt. Bovendien: wil men van parti culiere zijde dit werk uitvoeren, dan dienen de benodigde gelden ook zelf te worden bijeengebracht. Naar sprekers mening ligt het niet op de weg van de gemeente dit zuiver particuliere werk nu financieel te gaan steunen. Spreker heeft geen bezwaar tegen wijziging van het besluit inzake de grondtransacties, maar kan zijn stem niet geven aan het voorstel tot hypothecaire credietverlening. Van een dergelijk besluit zijn de consequenties niet te overzien. De heer KRAMERS meent, dat dit voorstel in twee gedeelten uiteenvalt: een verzoek tot wijziging van het raadsbesluit inzake grondverkoop en het verzoek tot het verstrekken van een lening. Over het eerste verzoek werd het advies ing'ewonnen van de bouw commissie; maar de commissie voor de gemeentelijke hypotheek bank is niet gehoord omtrent deze hypothecaire geldlening. Toch behoort deze geldlening -naar het spreker voorkomt door deze bank te worden verstrekt. Het had daarom aanbeveling verdiend de hypotheekcommissie te horen. Nu acht spreker het moeilijk zijn stem aan dit voorstel te geven. Loopt de gemeente bij deze lening niet een groot risico? De heer DIRVEN acht het met de heer Kramers een bezwaar, dat de hypotheekcommissie niet werd gehoord. Voorts vindt hij het wel financieel bezwaarlijk, wanneer de gemeente voor iedere hall die gebouwd zal worden een crediet van 13.000.moet verstrek ken. Is het daaraan verbonden risico met het oog op de gemeente- financiën wel verantwoord Dat de heer v. Werven persoonlijk borg blijft voor de geleende kapitalen, zegt spreker niet zo veel, daar hij niet weet, of deze dit risico wel zal kunnen dragen. De VOORZITTER is van mening, dat de hypotheekbank voor een geheel ander doel is ingesteld dan bij deze credietverlening aan wezig is. Daarom werd bedoelde commissie ook niet gehoord. Hij is ervan overtuigd, dat de gemeente bij de aanvaarding van dit voorstel risico's op zich neemt. Nochtans is het voorstel bewust aan de Raad voorgelegd, omdat Burgemeester en Wethouders het nodig vinden de vestiging van de klein- industrie- door het bouwen van deze halls te stimuleren: op welke wijze men hierbij te werk gaat, risico's zijn daaraan steeds verbonden. En doet de gemeente in deze niets, dan is er het grotere, dreigende risico van werkloosheid onder de steeds groeiende be roepsbevolking van deze stad. In andere gemeenten wordt nog veel verder gegaan, dan thans hier wordt voorgesteld. Men kan zeggen, dat de particuliere vennootschap zelf voor de gelden moet zorg dragen. Het is juist de moeilijkheid, dat dit wegens de liquiditeitsrisico's, welke aan deze werkzaamheden zijn verbonden, bezwaarlijk gaat. De heer KRAMERS is niet tegen de stimulering van de klein- industrie. Hij acht het wenselijk, dat de hypotheekbank het crediet zal verstrekken. De VOORZITTER zegt, dat zulks wel mogelijk zal zijn. Omtrent

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 346