366 11 OCTOBER 1950 de paardenstal waren na korte tijd verdwenen. Het investeren van zo'n groot bedrag acht spreker niet verantwoord'. Komt een derge lijk voorstel aan de orde, dan zal spreker fel ageren. De VOORZITTER zegt, dat deze zaak nu niet opportuun is. Daar voor is ze te verstrekkend. Mej. KOPPELAAR merkt op, dat, indien haar voorstel een paar ton zou kosten, zij het niet ter tafel gebracht zou hebben. Water moet toch in het kamp aanwezig zijn. Voor verwarming van het nodige water kan wel gezorgd worden. Er zijn wel mensen te vin den, die dit werk willen steunen. Het aanbrengen van 3 douchecellen kost slechts zeer weinig en is een bevordering van de hygiënische toestand in het kamp. Zij verzoekt deze zaak op korte termijn te bezien. Het is van groot belang, dat deze douchecellen van het begin af in het kamp aanwezig zijn. De VOORZITTER zegt, dat dit voorstel uit idealisme naar voren is gebracht. Deze zaak behoort echter eerst in een vergadering van Burgemeester en Wethouders besproken maar niet a bout portant de Raad voorgelegd te worden. Hierover dient men eerst met de sociaal werkster van het kamp overleg te plegen. Wethouder MEIJS zegt, dat de heer Brinkerhof bezwaar heeft tegen begrotingswijziging no. 102. Betrokkene is wegens ziekte ontslagen moeten worden. Deze had echter een diensttijd van ruim 38 jaren. Door ziekte volgde ontijdig ontslag, waardoor deze man zeer ernstig getroffen werd. Daarom is er iets gedaan om hem de mogelijkheid te geven deze moeilijkheid te overbruggen. Dit geval schept geen ernstige consequenties, aangezien het een individueel geval is. Burgemeester en Wethouders meenden, dat er voldoende termen aanwezig waren op deze wijze te helpen. De heer BRINKERHOF kan de ernstige moeilijkheden, waarin bedoeld persoon gekomen is, niet onderstrepen. In de Raad is het Ambtenarenreglement reeds meermalen naar voren gebracht. Ont slag is ontslag. Spreker meent, dat deze heer met een diensttijd van ruim 38 jaren niet in moeilijkheden kan komen. Het pensioen is ruim voldoende. Spreker geeft toe, dat het billijk is, dat deze man de 5% loonsverhoging er bij krijgt. Van personen, die binnenkort met pensioen de dienst verlaten, wordt het salaris verhoogd om zodoende de pensioensgrondslag te verhogen. Dat deze man wegens ziekte ontslagen is, kan spreker zo niet aannemen. Deze zaak heeft meer kanten, die niet in een open bare vergadering naar voren gebracht kunnen worden. Hij kan dan ook ondanks het verweer van wethouder Meijs zijn stem niet aan deze wijziging geVen. De heer JONGBLOED is het met de heer Brinkerhof eens. De gemeente begeeft zich hiermede op een gevaarlijk pad. Het gaat hier over iemand, die 38 dienstjaren telt. Er moet toch wel een bijzondere rede zijn hiertoe over te gaan. Is het echter eenmaal ge schied, dan brengt zulks consequenties met zich. Men zet op deze

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 366