368 11 OCTOBER 1950 De VOORZITTER zegt, dat het ontslag in het belang der school is gegeven. Wethouder Meijs heeft dat reeds gezegd. Er moest een oplossing gezocht worden de bestaande toestand niet langer te be stendigen. Spreker laat echter het een en ander aan het beleid van de Raad over. De heer SCHIJEN Vraagt of het de bedoeling is het pensioen blijvend te verhogen. Wethouder MEIJS antwoordt, dat de verhoging tot 1953 duurt. Dan heeft bedoeld persoon 40 dienstjaren. De VOORZITTER zegt, dat het de bedoeling is deze man te be handelen alsof hij niet ontslagen was. De heer SCHIJEN meent, dat het bedrag ad 159.het verschil is tussen het invaliditeitspensioen en het pensioen. De VOORZITTER antwoordt bevestigend. Totdat betrokkene pensioengerechtigd is, ontvangt hij het ver schil tussen zijn invaliditeitspensioen en zijn salaris. Daarna een suppletie tot het volle pensioen. De heer BREKEL/MANS meent dat hier sprake is van een moei lijke beslissing, aangezien de Raad niet weet, waarom deze man af- keurd en gepensionneerd is. De VOORZITTER zegt, dat deze kwestie reeds uiteengezet is. De heer VAN SWOL vindt deze zaak onprettig. Hij kent betrok kene reeds 38 jaren. Spreker kan zijn stem aan de onderhavige wijziging niet geven. De heer VAN DEN EEDEN Vraagt of men deze man een zachte wenk heeft gegeven zijn invaliditeitspensioen aan te vragen. De VOORZITTER antwoordt, dat dit een zaak is voor een be sloten vergadering. De Raad dient de nodige tijd voor beraad ge geven te worden. Hij stelt daarom voor deze begrotingswijziging in de Volgende vergadering in stemming te brengen. Zonder verdere bespreking worden de begrotingswijzigin gen vastgesteld met uitzondering van wijziging no. 102, die aangehouden wordt tot de Volgende vergadering. 17. Dit punt is van de agenda afgevoerd. 18. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen van een crediet voor verbouwing van en noodzakelijke werkzaam heden aan het gemeentehuis. (Bijlagen 1950 no. 339.) Dienovereenkomstig wordt besloten. 19. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot benoeming van een nieuw lid van de Commissie voor de Beplantingen. (Bij lagen 1950 no. 340.)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 368