38 19 JANUARI 1950 De heer SCHIJEN wil het gezegde van mej. Koppelaar over het Edel Ambacht nogmaals onderstrepen. Misschien zijn de meubels reeds gekocht? De VOORZITTER antwoordt, dat het stadhuis te Vught inge richt is op kosten van de heer van Beuningen. Zulks heeft zeer veel geld gekost. Dit gebouw is modern ingericht. Als meubelen in oude stijl gemaakt moeten worden, dan kost dit veel geld. Het kopen op de veiling is de meest goedkope manier. Spreker ziet dan ook geen andere oplossing. De restauratie is in de oude stijl uitgevoerd, zodat er ook oude meubelen geplaatst dienen te worden. Worden bovendien op een veiling dergelijke meubels goed be keken, dan levert dit ook de minste risico op. Maar wanneer in Breda een burger is, die de nieuwbouw op zijn kosten wil laten inrichten, dan zal dat Spreker zeer welkom zijn. Men kan ook wel naar een antiquair gaan, maar dan is het weer zoveel procent duurder dan op de veiling. Wil de Raad echter, dat de meubels niet op de veiling gekocht worden, dan verzoekt spreker hem zulks te zeggen. Derhalve vraagt hij de Raa,d machtiging de oude meubels op een veiling te kopen. De heer SCHIJEN kan hiermede accoord gaan. De heer WEZENBEEK verzoekt de aankoop uit te stellen en even af te wachten of nog aanbiedingen aan de Gemeente gedaan zullen worden. De VOORZITTER zegt, dat geschenken welkom zijn. Hij had gedacht op de meest eenvoudige manier wat oude meubels te kopen. Dergelijke meubels doen voor honderden jaren dienst. Daarom worden ze door hem met veel zorg gekocht. Een andere weg is spreker onbekend. De heer WEZENBEEK verzoekt de inwoners van Breda nog bijv. 14 dagen respijt te geven tot het doen van aanbiedingen. De VOORZITTER merkt op, dat de termijn bij de Fa. Mak-van Waay Zaterdag verloopt. Spreker zegt liever minder maar goed te kopen. Ieder jaar kan dan iets gedaan worden om de schoonheid van het stadhuis te ver groten. Zonder verdere bespreking besluit de Raad de voorzitter de door hem gevraagde machtiging te verlenen. De VOORZITTER zegt toe de naar voren gebrachte vragen in overweging te zullen nemen. Hierna sluit de voorzitter de vergadering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 38