548
14 DECEMBER 1950
leiding kunnen bezichtigen. Spreker zal bij dat bezoek zelf ook
aanwezig zijn.
De heer VERMEULEN dankt wethouder van Haperen voor de
geboden gelegenheid de Centrale Werkplaats te bezoeken. Hij zal
hiervan gaarne gebruik maken. Spreker is gedeeltelijk bevredigd.
Hoe moet de Centrale Werkplaats bezien worden Centralisatie is
nuttig. Deze Werkplaats kan sterk onderbezet zijn met werk,
doordat voortdurend personeel aanwezig moet zijn voor het onder
houd van het wagenpark. Het is echter gewenst, dat de Centrale
Werkplaats zo mogelijk overbezet is met werk, zodat een gedeelte
van het werk, indien daartoe aanleiding bestaat, uitbesteed kan
worden aan derden. Hij wil geen critiek op het beleid van Burge
meester en Wethouders leveren, maar in het antwoord op het Cen
traal rapport wordt niet ingegaan op de inlichtingen die spreker
heeft gevraagd. Het gaat om de verhouding tussen de reparatie
kosten van de Centrale Werkplaats en het particulier bedrijf.
De heer VAN DE NOORT ziet de vervoerdienst scherper dan
Wethouder van Haperen. Spreker ziet deze dienst als het centrale
punt waardoor alle vervoer geschiedt.
Wethouder VAN HAPEREN antwoordt, dat in dit geval ver
schil van opvatting bestaat. De heer v. d. Noort wil a bout portant
de knoop doorhakken, terwijl spreker, die wat ouder is, er een
langere tijd over zou willen doen.
De heer SCHIJEN vraagt naar een exploitatieoverzicht.
Wethouder VAN HAPEREN heeft tegen overlegging hiervan
geen bezwaar.
Zonder verdere bespreking wordt de begroting voor de gemeen
telijke Reinigings- en Ontsmettingsdienst en Centrale Werkplaats
voor motormaterieel goedgekeurd en vastgesteld.
De begroting voor het Openbaar Slachthuis.
De begroting voor de gemeentelijke Hypotheekbank.
Zonder bespreking worden deze begrotingen goedgekeurd
en vastgesteld.
De begroting voor Openbare Werken.
De heer BRINKERHOF:
Mijnheer de Voorzitter, bij de behandeling van dit hoofdstuk kan
ik niet nalaten U als Voorzitter van de commissie van bijstand
voor Openbare Werken mijne en ik geloof dat ik namens de gehele
commissie mag spreken, dank te brengen voor de wijze waarop U
de talrijke vergaderingen met zijn somwijlen zeer moeilijke pro
blemen, heeft weten te leiden. Ook moet ik in deze dank betrekken,
Mevrouw Coster en de heer Walenkamp, niet te vergeten de
dienst van Openb. Werken die een leeuwenaandeel in de voorberei
ding van alle stukken, die ter tafel werden gebracht, hebben gehad.
Uit uw leiding bleek meer en meer hoe grondig U zich had voor
bereid in deze taak van het gemeentelijk huishouden, ik meen te
mogen zeggen, de belangrijkste taak die momenteel de gemeente
heeft te volbrengen.