562 15 DECEMBER 1950 Grote Markt, tot schade van de winkeldoende middenstand, onnodig soms heel de dag' duurt. De VOORZITTER zegt ook een hekel te hebben aan afsluitingen. Hij zegt toe aan deze zaak de nodige aandacht te zullen besteden. De heer RATTINK vraagt of het niet mogelijk is, dat de ver keerspolitie enige opleiding in vreemde talen krijgt. Het zijn toch steeds dezelfde vragen die aan de politie gesteld worden. Naar sprekers mening is het niet noodzakelijk dat men een middelbare schoolopleiding heeft ontvangen. Spreker acht het wel gewenst, dat een agent op eenvoudige vragen in de vreemde talen antwoord kan geven. De VOORZITTER zegt dat het niet zo gemakkelijk is als het lijkt. Spreker stelt meer prijs op vakkennis en sportiviteit. Wij in Nederland worden steeds overladen. Hij meent dit niet van de po litie te mogen verlangen en niet op de vraag van de heer Rattink te mogen ingaan. De heer KOERTSHUIS brengt onder de aandacht, dat in ver schillende gemeenten een agent een toelage ontvangt als hij een vreemde taal spreekt. Aangezien in Breda veel vreemdelingenver keer is, meent spreker, dat het toch wel wenselijk is, dat de agen ten iets van een vreemde taal afweten. Spreker meent, dat de agenten in deze vrij moeten worden gelaten, doch dat het verstrek ken van een toelage stimulerend kan werken. De heer KAMPHUIS voelt wel iets voor de redenering van de heer Koertshuis. Als iemand zich extra inspant om een vreemde taal te leren, geef hem dan iets extra's in de vorm van een toelage. De VOORZITTER zegt steeds verheugd te zijn, als iemand zich wil ontwikkelen. Hij vindt echter, dat het te ver gaat om iedere agent vreemde talen te laten leren. Hij zal echter deze zaak met de Commissaris van Politie bespreken en bekijken, doch wil de zaak niet overdrijven. De heer TOXOPEUS vraagt of het de Voorzitter bekend is, dat de arrestantenlokalen zo erg slecht zijn. Ook de politie is dit be kend. Spreker vraagt of hier niet enige verbeteringen zijn aan te brengen. De VOORZITTER antwoordt, dat de hele huisvesting van de politie slecht is. Als het niet zoveel geld kostte, zou deze al lang verbeterd zijn. Doch de verbeteringen van de arrestantenlokalen zal spreker de nodige aandacht geven. De heer RATTINK vraagt of de huur van gymnastieklokalen ten behoeve van het politiepersoneel aan derden betaald wordt of dat het administratief van het ene hoofdstuk naar het andere wordt overgebracht. De VOORZITTER bevestigt dit laatste. De heer KOERTSHUIS zegt: Mijnheer de Voorzitter; Met voldoening heb ik vernomen uit de aanvullende nota beho-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 562