16 FEBRUARI 1950 59 De heer MOL wil in de heer D. Rovers iemand zien, die boven de opzichter staat. De VOORZITTER merkt op, dat de heer Rovers niet de juiste man is voor de dagelijkse leiding, maar wel vaor de artistieke leiding. De keuze is niet bij toeval gedaan. De heer Rovers moet niet ontevreden zijn, maar eens met spreker komen praten. Mejuffr. KOPPELAAR weet niet of de heer Rovers hierin ge kend is. Zij kent de heer Rovers niet, zodat achter haar vraag niets gezocht behoeft te worden. De heer KAMPHUYS vindt het een pijnlijke geschiedenis, die momenteel in het openbaar verteld wordt. De VOORZITTER is het hiermede eens. Spreker heeft slechts de belangen van de gemeente te dienen. Hij is blij met de heer Dr. van Heukelom als adviseur, omdat deze zeer deskundig is. Zonder deskundige leiding is er aan de toren niets geschied. Mevr. SLOTPLATTEL vindt, dat jonge mensen toch óók een kans in het leven moeten hebben. De VOORZITTER herhaalt, dat bedoelde jongeman niet de leiding heeft. Mej. KOPPELAAR heeft niet de bedoeling gehad deze zaak op de spits te drijven. Door haar is niets persoonlijks bedoeld. Is de mening van de Voorzitter de algemene mening, dan kan zij zich daarmede accoord verklaren. De VOORZITTER zegt dit te begrijpen. De artistieke leiding berust niet bij genoemde jongeman. Deze heeft slechts de leiding over het personeel. De restauratie kost veel geld. Spreker heeft een accountantsonderzoek doen instellen over de wijze waarop de gelden besteed worden. Over de verhouding RoversBardet zal hij deze week nog spreken. De heer TOXOPEUS heeft de conclusie getrokken, dat alles goed geregeld is. Spreker hoopt, dat dit zo in de pers komt. De VOORZITTER zegt, de heer Ir. van Nieukerken niet te heb ben willen uitschakelen. Ir. van Nieukerken is meer artistiek aan gelegd, maar het technische probleem van de versterking eiste een nieuw adviseur. Deze heeft spreker gevonden in Dr. van Heuke lom. Hij heeft tegen Dr. van Heukelom gezegd: „Uw naam is aan deze toren verbonden. U bent verantwoordelijk". Het is voor de gemeente een kostbaar bezit, 's Morgens, als het gestormd heeft, is het zijn eerste werk te kijken of de toren er nog staat. De heer VAN EGERAAT vraagt of het nodig en nuttig zou zijn, dat de Raad de toren bezichtigt. De VOORZITTER zegt, dat zulks zeer nuttig is. Hij wil echter eerst het accountantsrapport afwachten. De Raadsleden kunnen flan door de lift naar boven gebracht worden. Hij zal Dr. van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 59