- 14 - naar de breedte van ds hals. Hij betwijfelt of met deze engte het verkeer een dienst bewezen wordt. Spreker ziet liever een bredere hals. Derhalve verzoekt hij een andere oplossing te zoeken om aan het verkeersprobleem ter plaatse weerstand te kunnen bieden. De heer Wijs zegt, dat de breedte van de hals 16 meter en van de MarkencfaaIseweg 20 meter bedraagt. Het Zuidelijk deel van deze weg behoort tot een verkeersader van de eerste orde. De ring heeft een rijbreedte van 7 meter. De eisen voor het Noordelijk deel van de weg zijn van een andere orde. Spreker ziet de Bing aLs een huiselijke weg. Deze Bing is wel belangrijker dan de straten der binnenstad, doch dient slechts om zich gemakkelijk te kunnen verplaatsen. De huiselijkheid moet echter ook daar behouden blijven. Breda is een stad en moet stad blijven. Bij het 2e gedeelte der MarkendaaIseweg denkt men dus aan andere factoren. Blijkt 16 meter te weinig te zijn, dan is het geen bezwaar om de breedte op 20 meter te brengen. De heer Meijs merkt op, dat ten aanzien van het verkeer van Antwerpen~ëin gedeelte van de Bijksweg nog niet aangelegd is. Door de Bijkswaterstaat wordt deze hoofdverbinding gemaakt. Op zichzelf doet deze verbinding niets af aan de verbindingen met de stad. De Voorzitter stelt voor het gesprokene te laten bezinken. Hij verzoeFF"de Baad aan de uiteengezette opzet medewerking te verlenen. Deze opzet zal in gedeelten verwezenlijkt wor den. De Baad besluit met het verkeersschema aocoord te gaan. De Voorzitter rest het nog de heer Ir.Wijs te danken voor diens ixposeT Hij meent in de geest van de Baad te handelen, indien hij degenen, die aan dit plan medegewerkt hebben, zo als de heer Hornix en Ir.G-roehvelt, dankt voor de lange tijd na studie en voorbereiding die dit schema geëist heeft. Ook Ir.Verhagen heeft in dit plan een groot aandeel gehad. Deze is helaas ernstig ziek. Spreker weet, dat dit een moeilijke arbeid is geweest. Vaak worden daarna nog fouten gezien. Spreker geeft de raadsleden gaarne gelegenheid de plannen bij de Dienst van Openbare Wer ken te gaan bezichtigen en houdt zich voor suggesties aanbevo len.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 631