outilleren.Dit vergt offers,ook van vredelievende landen als het onze. Hij kan in de verheugenis van Burgemeester en Wethouders delen,omdat er ook economische belangen op het spel staan.Werkgelegenheid voor 500 mensen acht spreker uiterst belangrijk.Spreker weet,dat de oprichting van de fabriek bij de burgers angstgevoelens zal verwecken, omdat de fabriek een doelwit bij aanvallen van een eventuele vijand zou kunnen zijn.Hoewel spreker zich terzake niet kundig acht vraagt hij zich af, of dit werkelijk het geval zal zijn omdat in de voorbije oorlog belahg rijke objecten veêal gespaard zijn gebleven. - Spreker kan met de gedane toezeggingen over de woningen wel ac- coord gaan,mits men er zeker van is,dat deze ook worden nagekomen. De heer Vermeulen zegt,het met de vorige spreker eens te zijn.Hij - acht het beter in deze tijd niet met gevoelsargumenten te komen.Al zijn we allen voorstanders van de vrede,we moeten ons op een oorlog voorbe reiden. Ven andere vraag is of er voldoende rekening is ge ouden met het geen er mo<~t gebeuren,wanneer er werkelijk een aanval zou komen.Spreker vraag4" extra voorzieningen voor de burgerlijke defensie.Hebben Burge weester en Wethouders al nlannen?Zijn hiermede geen grote bedragen gemoeid? De Heer Jongbloed gaat met het voorstel van Burgemeester en et - houders accoord.Hij wil in eerste instantie slechts één opmerking maken. Achten Burgemeester en Wethouders het niet beter dat de wapenindustrie genationaliseerd wordt.Hierdoor wordt de levering van wapens aan landen, waarmede een oorlog kan komen,voorkomen. De Heer Minderhoud brengt dank aan de Voorzitter en de gehele Raad voor de wijze waarop hij in het College is ontvangen.Spreker zegt,dat het eigenlijk niet zijn bedoeling is geweest raadslid te worden.Dit is eigenlijk een kwestie van toeval.De eerste indruk van de gang van zaken in de Raad was niet aangenaam,doch daar is gelukkig naderhand verbete ring in'gekomen.Spreker vindt het thans prettig raadslid te zijn en hoopt zijn beste krachten voor de gemeente te kunnen geven. Spreker vraagt vervolgens,waarom de schietbaan veel noordelijker moet komen.Is het een wapenfabriek of munitiefabriek of allebei?Is de schietbaan bovengronds of ondergronds?'t Gevaar voor een bombardement acht spreker niet groot gezien de Spinolaschans in de laatste oorlog. De Keer grekelmans vestigt nogmaals de aandacht op de Kerstvrede. De gedachte hieraan overheerst bij spreker alles. De Heer Verhaak zegt,dat het bekend is dat ook andere gemeenten de ze fabriek konden gebruiken.Zijn er in deze gemeenten ook pogingen ge daan de fabriek daar te vestigen en zo ja,waarom is dat niet gelukt?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 652