16 FEBRUARI 1950 67 ANTWOORD: Ingevolge art. 2 der Verordening regelende de sa menstelling en de werkkring der Commissie van toezicht op de gemeentelijke nijverheidsscholen bestaat de Commissie uit de door B. en W. uit hun midden aan te wijzen voorzitter en uit ten hoogste tien leden, met dien verstande, dat de verschillende vakken welke aan de dagschool worden onderwezen zoveel mogelijk in de Com missie vertegenwoordiging vinden. Tenminste TWEE leden zijn lid van de Raad. De samenstelling van de Commissie voor het Nijverheidsonder wijs is als volgt: Voorzitter: Wethouder Mr. A. A. M. Struycken. Leden: 1. J. C. G. Uitdehaag, vertegenwoordiging Schilderen, 2. Ir. W. Hofman, vertegenwoordiging Electrotechniek 3. H. J. C. Cosijn, Raadslid. 4. Ir. A. L. J. M. Fick, vertegenwoordiging Autotechniek. 5. J. F. Hendrikcx, vertegenwoordiging Smeden. 6. F. P. v. d. Noort, Raadslid. 7. A. v. Rooijen Jr., vertegenwoordiging Meubelmaken. 8. Mr. C. C. J. M. Merkelbach, vertegenwoordiging Alg. Vormend Onderwijs. 9. H. F. A. Sprangers, vertegenwoordiging Timmeren. 10. A. C. B. v. Arendonk, vertegenwoordigirtg Broodbanket en Banket-bakken. Wij zijn bereid bij een vacature van raasdlid in bedoelde Com missie een benoeming van een lid van de fractie der Partij van de Arbeid te bevorderen. VRAAG: Mej. Koppelaar vraagt da aandacht voor het urinoir aan de Oranjesingel, hetwelk aan de achterzijde niet is afge schermd. Zij verzoekt bij eventueel nieuw te bouwen urinoirs hier mede rekening te houden. ANTWOORD: Zo spoedig mogelijk zal een beplanting ter af scherming van het urinoir worden aangebracht. Bij eventueel nieuw te plaatsen urinoirs zal voor een doelmatige afscherming worden zorg gedragen. VRAAG: De Heer Keim zegt, dat in 1944 in de Drielindendreef door een Canadese tank een lantaarnpaal omver is gereden. Spre ker vraagt om een nieuwe. ANTWOORD: Een nieuwe lantaarnpaal is inmiddels reeds ge plaatst. VRAAG: De Heer Peeters zegt, dat de aardappelschillenophaler in het Belcrumkwarter de laatste tijd wel eens verzuimt te komen. Wil men de schillen dan met de vuilnisman medegeven, dan maakt deze daar aanmerking over. Voorts deponeert de schillenophaler alle afval, dat hij kwijt wil zijn, aan het einde van de Kwartelstraat in de spoorsloot. Ook diverse particulieren deponeren hun huisvuil aldaar. Bij warm weer wordt hiervan veel hinder ondervonden. ANTWOORD. Over bedoelde wijk waren bij de Gem. Reinigings dienst geen klachten ingekomen. Niettemin is de betreffende schillenophaler nog eens extra op zijn plichten gewezen en heeft bedoelde dienst zich ervan overtuigd, dat de Belcrumwijk thans goed bediend wordt. Schillen, die om de een of andere reden, b.v. omdat ze bedorven

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1950 | | pagina 67