88
15 MAART 1950
acceptabel is, dan dient de aankoop van de Burrough-machine ge
annuleerd te worden en tot aankoop van Basta-machines te wor
den overgegaan.
De VOORZITTER wijst erop, dat het wel mogelijk is deze koop te
annuleren, want bij aankoop is gezegd, dat een aanvullend crediet
van de Raad noodzakelijk was.
Maar dan moeten ook de consequenties aanvaard worden, dat de
machines in andere handen overgaan. Het verdient ook overwe
ging, dat dezelfde soort machines gebruikt worden.
De Heer MEYS kan het argument van de Heer Jongbloed aan
vechten. Er is in 1947 besloten voor 45.000.3 machines aan te
kopen. Burgemeester en Wethouders zouden nu kunnen zeggen,
dat er één machine aangekocht wordt, doch zulks is niet juist. Als
niet 3 machines gekocht kunnen worden, dan vervalt het Raads
besluit. Spreker zal de door Burgemeester en Wethouders geno
men beslissing niet accepteren.
De heer COSIJN merkt op, dat de Voorzitter gezegd heeft, dat
het overweging verdient, dezelfde soort machines te gebruiken.
Sprekerstelt voor 5 Basta-machines te kopen en de 2 nog in ge
bruik zijnde Burrough-machines te verkopen. Dan wordt immers
ook eenzelfde soort machines gebruikt.
De heer VAN SWOL stelt voor het ter tafel liggende voorstiel
aan te houden. De kwaliteit van deze goedkope Basta-machine kan
wel tegenvallen.
De heer JONGBLOED had hetzelfde idee. Hij steunt derhalve
het voorstel van de heer van Swol.
De VOORZITTER stelt voor het voorstel aan te houden voor
nader beraad.
De heer KRAMERS merkt op, hoe het mogelijk is dat men nu
een maand de tijd heeft, terwijl eerst direct beslist moest worden.
De VOORZITTER zegt deze kwestie niet te willen forceren. Hij
doet dit ten respecte van de Raad.
Wethouder VAN HOUTEN zegt, dat de Burrough-machines pas
over 7 maanden geleverd zouden worden.
De VOORZITTER wil zich over deze kwestie nader beraden en
een onderzoek doen instellen.
Hij wenst niet, dat de Raad het gevoel heeft, dat deze zaak ge
forceerd wordt.
Zonder verdere bespreking besluit de Raad het voorstel
van Burgemeester en Wethouders aan te houden.
27. Voorstel van Burgemeester en Wethouders tot invoering
van nachtstroomtarief. (Bijlagen 1950, no. 86).
De heer DIRVEN zegt, dat volgens het voorstel het stroomtarief
van 6 cent teruggebracht is op 5 cent. Het gaat hier o.m. om het