68
15 MAART 1951
13. Prae-advies van Burgemeester en Wethouders op een ver
zoek van het bestuur der R.K. Land- en Tuinbouwschool om ver
hoging van het gemeentelijk subsidie. (Bijlagen 1951, no. 102)
De heer DIRVEN kan zich met het voorstel verenigen. Toch wil
hij hier een kleine opmerking bij maken.
Het gaat hier om het verlenen van een subsidie aan de Stichting
voor de R.K. Land- en Tuinbouwschool, welke ook in het belang
van deze gemeente werkzaam is. Gelet op hetgeen de andere in
stellingen voor middelbaar onderwijs, waarmede deze school ver
geleken kan worden, ontvangen, komt deze Stichting er maar
slecht van af. De school heeft een schuldenlast van 100.000.
waarvan zij rente en aflossing moet betalen. Dit is mogelijk door
de subsidies, welke zij ontvangt van de Noord Brabantse Christe
lijke Boerenbond te Tilburg en van plaatselijke organisaties.
Spreker zou willen voorstellen, dat bij de verlening van het sub
sidis aan het schoolbestuur tevens wordt geschreven, dat de Raad
met belangstelling uitziet naar een verslag van de resultaten, welke
in de buitengemeenten zullen worden bereikt. Indien deze tegen
vallen, dan zou deze aangelegenheid opnieuw in de Raad besproken
kunnen worden om te bezien, of verdere subsidie gegeven kan
worden. Het is in het belang van de gemeente, dat dit onderwijs in
stand wordt gehouden. Indien aan sprekers verzoek wordt voldaan,
kan hij met het voorstel accoord gaan.
De heer SCHIJEN zegt, dat zijn aandacht te laat op dit voorstel
is gevallen om zich hieromtrent diepgaand te kunnen beraden, het
geen hem wenselijk lijkt. Hij had daarom aanvankelijk willen voor
stellen deze zaak aan te houden tot de volgende vergadering. Want
voordat hij een van het voorstel afwijkend advies zou willen geven,
moet hij de beschikking krijgen over nog meerdere gegevens dan
hij thans bezit. Indien echter thans de toezegging wordt gedaan,
dat eventueel op deze zaak zal worden teruggekomen, dan zal hij
zich niet tegen het voorstel verzetten.
Wethouder MEIJS zegt dat hij er misschien mee kan instemmen,
wanneer wordt gesteld, dat deze school een subsidie ontv'angt dat
aan de lage kant is. Toch lijkt het hem prematuur nu reeds enige
toezegging te doen, voordat de buitengemeenten in deze een be
slissing hebben genomen. Het is beter t.z.t. eens te informeren hoe
de zaak is verlopen. Anders zouden de pogingen van het school
bestuur om subsidies van de buiten-gemeenten te verkrijgen mis
schien verzwakt worden.
De heer DIRVEN zegt dat hij niet heeft bedoeld nu reeds een
toezegging te doen, doch slechts te doen uitkomen, dat de Raad
gaarne t.z.t. nadere inlichtingen wenst.
De VOORZITTER meent dat beter gehandeld kan worden zoals
de Wethouder voorstelt. Het is eigenlijk slechts een nuanceverschil
met hetgeen de heer Dirven heeft gevraagd, welk verschil echter
toch van belang is.
De heer SCHIJEN kan zich verenigen met het voorstel van wet
houder Meijs. Het moet niet de bedoeling zijn, dat de gemeente
subsidies gaat geven, welke eigenlijk door de buitengemeenten
moeten worden verstrekt. Het gaat hem slechts om de vraag of de
gemeente voor deze school die lasten draagt, welke zij redelijker-